347
13 december 1968
kunnen zljn, de dorpskern als zodanig niet onbeschermd mag worden ge-
laten, met andere woorden, voorkomen moet worden dat in de dorpskern
nog meer grote gebouwen verrijzen dan tot op heden reeds het geval is
geweest. Spreker wil niets afdoen aan de scheppingen van de bouw-
meesters van de tot stand gekomen gebouwen, maar men dient er z.i.
attent op te zijn dat de dorpskern als zodanig, zoveel mogelijk als dit
verantwoord is en dat zal de stedebouwkundige wel uitmaken, haar eigen
karakter moet behouden.
Gisteren heeft de heer Verkouw ter voorkoming van annexatie ge-
steld, dat de raad moet zorgen dat Heemstede een sterke randgemeente
blijft. Dit zou prettig kunnen zijn wanneer eventueel Heemstede nog
eens het lot zou treffen dat op het ministerie van Binnenlandse Zaken
de annexatiegedachte meer gestalte zou krijgen. De raad moet er altijd
rekening mee houden dat Heemstede een aantrekkelijke huwelijkspart-
ner is, zowel aesthetisch als economisch. Wij moeten ons, wanneer het
tot annexatie zou komen, geen illusies maken dat dit zou gaan in de rich-
ting van groot-Heemstede. Spreker kan zich voorstellen dat een popelen-
de bruidegom meer in noordelijke richting moet worden gezocht. Hiervan
uitgaande meent spreker dat het totale beleid er op gericht moet zijn om
te zorgen, dat, voor zover Heemstede in alle details die sterke rand-
gemeente nog niet is, zij dat in ieder geval wordt. Terugkerende naar
het eigenlijke onderwerp vraagt spreker of het college wil overwegen
de raad een voorstel te doen het bestemmingsplan voor de dorpskern
in voorbereiding te nemen. Hierdoor kan men het initiatief volkomen in
eigen hand houden en heeft men de supervisie over de gang van zaken.
Het in voorbereiding nemen van een bestemmingsplan voor een dorps-
kem is volgens de nieuwe wet op de ruimtelijke ordening mogelijk.
De heer Verkoaw zegt het vorig jaar deze zaak aan de orde te hebben
gesteld. Ook spreker is van mening dat, hoezeer een sociografisch on-
derzoek noodzakelijk mag zijn, men toch steeds, door dit uit te stellen,
achter de feiten aanloopt. Ook sprekers fractie lijkt het beter reeds nu
met betrekking tot de dorpskem een voorbereiding van het bestemmings-
plan ter hand te nemen.
Wethouder Van Wijk gelooft dat de gehele raad het er wel over eens
kan zijn dat het gedeelte Blekersvaartweg-Burgemeester van Lennep-
weg niet op zichzelf kan worden bezien. Spreker denkt dan aan een
doorbraak van die wijk en ook voor de bejaardenhuizen naar de kern van
de gemeente en dan gaat natuurlijk het gedeelte oostelijk van de Ble-
kersvaart zwaar meespelen. De bebouwing aan de oostkant van de Ble-
kersvaart is bepaald niet dermate uniek dat zij gespaard zou moeten
worden. Wij kunnen alleen de dag maar zegenen als daar de hele zaak
eens kan worden gereorganiseerd. Deze twee plannen moeten dus in één
verband worden bezien, wat natuurlijk niet betekent dat aan de uitvoe-
ring van die plannen gelijk moet worden begonnen. Het ligt wel in de
lijn der verwachtingen dat het plan voor het terrein aan de westzijde
van de Blekersvaart het eerst zal worden uitgevoerd en de reorganisatie,
die in vele gevallen afbraak zal betekenen, van het deel aan de oostzijde
van de Blekersvaart pas in een veel later stadium aan de orde kan ko-
men. Met de heren Rücker en Verkouw is spreker het eens dat de dorps-
kern zoveel mogelijk haar eigen karakter zal moeten behouden. Er zijn
in den lande genoeg voorbeelden van dorpen en gemeenten die zich uit-
breiden, waarbij de dorpskern een alleraardigst, mooi en waardevol ge-
heel is gebleven. Het is de grote kunst van architecten en stedebouw-
kundigen om daaromheen zodanig te bouwen dat het niet een lappendeken
wordt die het aanzien niet waard is. Dat is een geweldige opgave. Met
betrekking tot de bebouwing van de Binnenweg en de Raadhuisstraat is,
omdat daarvoor geen bestemmingsplan bestaat, de welstandscommis-