13 december 1968
368
600 ingeschreven woningzoekenden büjft nochtans schrijnend. Spreker
voelt er niet veel voor om inschrijfgeld te heffen.
De heer Van der Hulst heeft er zijn vreugde over uitgesproken dat
nu 308 gezinnen aan een woning kunnen worden geholpen.
De heer De Ruiter heeft terecht gezegd dat bij woningbouw altijd de
behoefte aan een bepaald soort woningen op langere termijn moet wor-
den afgewogen. Spreker wijst er op, dat de nood ook wel eens zö groot
kan zijn dat men zegt: dat interesseert mij wel en ik zal met wat ik er
op het moment van weet ook wel rekening houden, maar ik doe dit nu
eens een keer. Zo ziet spreker de bouw van de 308 flats. Spreker weet
niet hoe het in de toekomst met deze flats zal gaan, maar hij is blij dat
althans dit complex tot stand is gekomen. Afgewacht kan worden hoe-
veel doorstroming daardoor ontstaat. Niet vergeten moet worden dat
daarmede in de eerste plaats samenwoningen worden opgeheven, wat spre-
ker eigenlijk nog wel zo belangrijk vindt. Als spreker de ellende van
samenwonen hoort van mensen die hem benaderen, ook in procedures, dan
is het onvoorstelbaar dat mensen elkaar het leven zo zuur kunnen maken.
Spreker neemt het niemand al te zeer kwalijk, want elke dag met ande-
ren te leven terwijl je ook wel eens privacy wilt hebben, is natuurlijk een
zaak die op den duur op de zenuwen gaat werken. Van wat daaruit is
voortgekomen zou spreker vele staaltjes kunnen vertellen.
Mevr. Vriesendorp heeft o.a. gevraagd of de flat aan de Brabantlaan
geheel voor alleenstaanden is bestemd. Spreker moet deze vraag ontken-
nend beantwoorden. Iedereen kan zich voor deze flat aanmelden, zoals
alleenstaanden, kleine gezinnen, ongehuwden. Het aantal gegadigden is be-
paald tegengevallen. Men kan dus raison van ongeveer, zoals het toen
gesteld is, 200 per maand op den duur eigenaar van zo'n woning wor-
den. Er zou een aantal flats onbezet blijven als dit plan op het moment
zou worden gerealiseerd. Aan de hand van dit resultaat meent spreker
rustig te kunnen stellen dat de behoefte aan dergelijke woningen niet zo
groot is. Hij heeft dat ook al opgemerkt met betrekking tot de patio-
woningen van ,,De Heemhaven". Spreker kan zich voorstellen dat de be-
wogenheid van de raad uitgaat naar de alleenstaanden e.d. maar als men
de poorten opent ziet men er maar weinig komen. De nuchtere cijfers wij-
zen uit, dat de behoefte aan eigen woonruimte voor die categorie wel mee
blijkt te vallen.
Mevr. Vriesendorp hoopt dat er in de Schouwbroekerpolder geen flats
zullen komen. Spreker meent dat zij enkele maanden geleden haar stem
heeft gegeven aan een bestemmingsplan voor de Schouwbroekerpolder
waarin flats waren opgenomen. Het college voelt momenteel weinig voor
wijziging van dit plan.
Verder is mevr. Vriesendonp voorstandster van het ombouwen van grote
woningen tot maisonnettes. Dat vindt spreker echt weer iets voor de
vrije markt, waarin, naar hij dacht, mevr. Vriesendorp ook geloofde. Als
grote huizen kunnen worden omgebouwd tot maisonnettes, laten de eige-
naren dat dan zelf maar doen en laat de overheid dat in vredesnaam niet
gaan subsidiëren, want straks zit de gemeente met een heel stel huizen
aan b.v. de Herenweg, omgewerkt tot maisonnettes, die te huur staan.
De heer De Ruiter, spreker heeft hem al meer geciteerd, heeft naar
sprekers gevoelen terecht opgemerkt, dat er aan het woningprobleem
twee aspecten zijn venbonden, n.I. directe nood lenigen en de toekomstige
opbouw van het woningbestand. Terecht zei hij ook, dat daartussen een
bepaalde discrepantie kan ontstaan. Spreker is met hem van oordeel dat
moet worden geprobeerd en daar is geen inzicht, kennis of deskundig-
heid voor nodig bij het lenigen van de woningnood ook het bouwen
voor de toekomst in het oog te houden. In dit verband komt spreker terug
op de woningen in het Centrumplan. Men kan natuurlijk zeggen dat de
huurprijs van die woningen vrij hoog is, maar spreker is van mening dat,