383
13 december 1968
Gehoord het antwoord van de wethouder maar ook het gehele college zo
aanziende, dacht spreker dat er wel bereidheid was om het Zandvoortse
voorbeeld m de nabije toekomst te volgen. Misschien zou de voorzitter
van het college deze vraag dan willen beantwoorden.
De voorzitter„Daar moeten wij in de boezem van het college nog
over praten voordat ik een definitieve toezegging doe."
De heer Verkouw: „Ik wens u dan alle sterkte in deze boezem."
Punt 57
De heer Hupkes hoopt dat de voorzitter hem wil toestaan, ondanks
h'J het eer.ste gedeelte van de discussie niet heeft kunnen meemaken
over dit punt lets te mogen zeggen. Gezien de iaatste beslissing van het
njK om de aanleg van rijksweg 6 nog weer verder te vertragen, gaat er
volgens spreker in Heemstede langzamerhand een volkomen ontoelaatbare
toestand ontstaan, die niet aheen een kwestie van hinder maar ook een
kwestie van veiligheid is. Het is een zaak waar mensenlevens mee ge-
moeid kunnen zijn. Als men ziet welk een spectaculaire ontwikkeling er
brj de Hoogovens, ook op chemisch gebied, gaande is
De voorzitter interrumpeert dat over dit onderwerp al uitvoerig is ge-
sproken en daarop îs door burgemeester en wethouders uitvoerig ingegaan
W\St dat natuurl«k nlet> maar spreker kan moeilijk
toelaten dat daar wederom over wordt gesproken. Dan had de heer Hupkes
wetho,!rtie v w-Tde Vergadering maar moeten bijwonen. Misschien wil
wethouder Van Wijk nog een samenvatting geven van wat er vanmorgen
over gezegd îs.
Wethouder Van Wijk zegt vanmorgen te hebben gesteld dat in I.S K -
verband, en zo nodig door de gemeente Heemstede alleen, opnieuw stap-
pen moeten worden ondernomen die er toe kunnen leiden dat aan de over-
belastmg van de wegen m deze gemeente een einde komt. Elke stap die
m opzicht denkbaar îs, al moeten daar audiënties aan verbonden zijn,
publicaties, protesten enz., zal moeten worden gedaan, hetzij met elkaar
V ennemer agglomeratie, wat aanvankelijk het sterkste lijkt, hetzij,
als het eerste onvoldoende mocht blijken, individueel.
6v>h^eHupkes vraaSt Of het de bedoeiing is daarbij ook de kwestie
Infjden levens£evaar dat er °P het ogenblik in Heemstede is, aan te
Wethouder Van Wijk: „Dit is een van de argumenten die hierbij gelden."
v°e.heer H!,pkes;j "Naar mi-in Sëvoel kan het gemeentebestuur deze
baar gemaakt h meer dragen zonder een protest te hebben ken-
Wethouder Van Wijk: ,,Dat ben ik volkomen met u eens."
Punt 58
De keer Verkouw zegt alle bewondering te hebben voor de wethouder
van °Penbare werken maar toch bijzonder voor diens vondst, die hij giste-
ren debiteerde, om verband te leggen tussen het tarief voor het ophalen
hetrpft hVUft v lî tar!ef voor het kijkgeld van de t.v. Wat dit laatste
rdthheeft hd de mdruk, dat wethouder van Wijk bepaald niet ge-
dacht heeft aan meneer de Uil van de fabeltjeskrant die zich 's avonds
toi zijn heve kijkbuiskmderen richt, een uil die overigens zeer verstandig
voelen^6 gelooft dat die Ul1 ook voor het gedifferentieerde tarief zou
In Z1jn algemene beschouwing heeft spreker al opgemerkt dat deze