387
13 december 1968
De heer Kuiper meent dat de bewering dat de wintermaanden een sur-
plus aan manuren oplevert, niet juist is want er zijn vele werkzaam-
heden die speciaal in de wintermaanden moeten gebeuren. Spreker denkt
b.v. aan het rooien van oude houtopstanden en het opnieuw planten van
bomen in Groenendaal. Ook het snoeien van bomen moet in de winter ge-
beuren.
Punt 63
De heer Scheer heeft vanmorgen al gezegd dat hij altoos op de bres
staat voor een zo groot mogelijke service van het gemeentebestuur tegen-
over de ingezetenen. Het antwoord op deze vraag heeft spreker dan ook
niet bevredigd. Het gaat om het ophalen van grotere stukken. Burge-
meester en wethouders menen dat dit niet gratis kan gebeuren. Als men
het vraagt worden grote stukken opgehaald tegen het daarvoor vastge-
stelde tarief. Er zijn echter gewijzigde omstandigheden gekomen. Vroe-
ger kwam de zgn. voddenkoopman langs de deur die van alles meenam,
maar tegenwoordig ziet men die niet meer. Het gevolg is dat de mensen
met de grote stukken geen weg meer weten. Spreker wijst er op dat in
Bloemendaal een paar keer per jaar een tevoren aangekondigde rondgang
wordt gemaakt om de grote stukken die op de stoep staan mee te nemen,
een en ander tot grote tevredenheid van de inwoners. Spreker zet bij het
onderdeel van dit antwoord: „in veel gevallen is het mogelijk stoelen,
tafels e.d. uit elkaar te slaan" onmiddellijk een groot uitroepteken. Hij
vindt dit een antwoord het college niet waardig. In deze gemeente wonen
veel mensen op leeftijd die men niet aan het uit elkaar slaan van hun
meubelen kan zetten. Spreker vraagt het college zich nogmaals te bera-
den of het niet gewenst is dat een paar keer per jaar meer vraagt
spreker niet na aankondiging, een speciale rondgang door de reiniging
wordt gemaakt voor het weghalen van grote stukken.
Wethouder Van Wijk antwoordt dat het in elkaar slaan van meubilair
in alle kringen voorkomt maar de heer Scheer zal wel afgedankt meubi-
lair bedoelen. Er zullen inderdaad wel mensen zijn die dat niet uit elkaar
kunnen slaan. Zij zouden dan 5 kunnen besteden om het te laten weg-
halen en dan zal er een kleine groep zijn die dat niet kan betalen. Spreker
meent dat dit probleem niet zo groot is. Hij voelt er wel iets voor, b.v.
in de schoonmaaktijd of na nieuwjaar, een platte wagen door de gemeen-
te te laten rijden om allerlei spul mee te nemen. AIs de heer Scheer het
zö bedoelt vindt hij het verzoek het overwegen waard, niet wanneer hij
bedoelt dat grote stukken altijd maar gratis door de gemeente moeten
worden weggehaald, want terecht zullen de particuliere bedrijven opmer-
ken: „prachtig de afvoer van grote stukken is verzekerd en nog wel gra-
tis". Spreker is van mening dat de bedrijven dat zelf moeten doen. Ze
halen het zelf in huis en ze moeten maar zien dat ze het kwijt raken; dat
berekenen zij wel in de prijs van hun goederen. In die geest zal spreker
de vraag van de heer Scheer aan het college voorleggen.
De heer Scheer is met dit antwoord tevreden.
Punt 64
De heer Van der Hulst zegt dat hij reeds in het voorjaar, bij de behan-
deling van het voorstel om het vuil naar Haarlem af te voeren, de wet-
houder er op heeft geattendeerd dat er buiten Rotterdam nog wel Eindere
steden zijn zoals Den Helder, Alkmaar, meer gelijkwaardig aan Heem-
stede, die ook vuilverwerkingsinstallaties hebben. De wethouder heeft
spreker toegezegd, dat hij zich ook daar zal oriënteren.
Wethouder Van Wijk zegt dat dit wel klopt met het antwoord dat
spreker in Rotterdam kreeg nl. dat alleen voor grotere combinaties en
hij ziet Alkmaar en Den Helder als een combinatie op zichzelf, een eigen