11/
13 december 1968
336
zal doen af te wachten en geen voorstel tot tariefverlaging voor de groe-
Pen I en II te doen. Wel zou spreker het college willen verzoeken het
hiervorengestelde goed te overwegen. Spreker attendeert er op, dat wan-
neer de minister van Economische Zaken zijn onderzoek heeft afgerond
en tot tariefverlaging voor de kleine verbruikers zou adviseren, hij daar
altijd de medewerking van de gemeente voor nodig heeft. Spreker wil de
wens uitspreken dat de minister zich in de gemeente Heemstede niet
teleurgesteld zal gevoelen.
Vervolgens vraagt spreker hoe de financiële verhouding tot het GZK
ligt. Als bij de inkoopprijzen van het gas, dat de gemeente van het GZK
betrekt, vergelijkt met de prijzen die gemeenten die zelfstandig inko-
pen van de Gasunie betalen, dan zou rechtstreekse inkoop bij de Gaaunie
voor Heemstede een besparing betekenen van pl.m. 2V2 ton.
Gisteren is al gesproken over de blokverwarming en over de efficiency
ten aanzien van het plaatsen van 308 gasmeters in de flats. De wethou-
der van de bedrijven heeft daar al het een en ander over gezegd, maar
het is spreker nog niet volkomen duidelijk. Spreker meent dat 'de lijn
met betrekking tot de blokverwarming ergens enigszins was kromge-
trokken doordat beneden de inkoopprijs wordt geleverd. Dit is onjuist
tegenover hen die op andere wijze gas moeten betrekken. Om hierbij
nog enig rendement voor het gasbedrijf te verkrijgen, is spreker van
plan voor te steilen hiervoor een abonnementstarief voor koken in te stel-
len. Dat moet dan wel in relatie staan tot de tariefgroep I. Spreker meent
dat dit tarief, ongeacht het getal bewoners van een bepaalde woning, ge-
steld moet worden op 200 m3 per woning plus 12 vastrecht, zonder het
plaatsen van meters.
De heer an den Briel wil, aanhakende aan een opmerking die de heer
van Ark gisteren in zijn algemene beschouwing heeft gemaakt en mis-
schien iets vooruitlopend op vraag 14 het elektriciteitsbedrijf betreffen-
de, een korte opmerking maken. Spreker gelooft dat een winst voor het
gasbedrijf van /31.000 op een totaalbegroting van l'A miljoen wel een
duidelijk voorbeeld is van zuinig beheer in de beide zinnen die gis-
teren naar voren zijn gebracht door 2 woordvoerders van verschillende
partijen. Toch vindt spreker dat bij het gasbedrijf, waar in de afgelo-
Pen jaren belangrijke wijzigingen hebben plaats gehad door de overgang
van stadsgas naar aardgas, moet worden gedacht aan een planning op
langere termijn. Het zou kunnen gebeuren dat de gemeente over enige
tijd plotseling voor zeer grote uitgaven komt te staan omdat verande-
ringen of vervangingen van het buizennet noodzakelijk zijn. Spreker zou
de wethouder van de bedrijven, ondanks het afwijzend antwoord op vraag
14 willen vragen of het niet mogelijk is speciaal voor het gasbedrijf een
planning op zeer lange termijn te maken, waarbij in aanmerking worden
genomen: in de eerste piaats de verwachtingen voor de uitbreiding van
het bevolkingsaantal en in de tweede plaats het vervangen van oude
leidingen, kortom een algehele sanering van het buizennet. Het buizen-
net is oorspronkelijk aangelegd voor de toevoer van stadsgas.
De heer de Ruiter zegt dat zijn fractie altijd het standpunt inneemt
dat zij met betrekking tot de bedrijven niet graag grote winsten of grote
verliezen ziet. Zijn fractie is van mening en spreker gelooft dat zij
daarm geen uitzondering is, dat bij de bedrijven in het algemeen de op-
brengsten en kosten in evenwicht moeten zijn. Spreker zegt dit, omdat
de heer Kuiper met angst naar de begroting heeft gekeken terwijl spre-
ker speciaal zijn aandacht heeft geschonken aan de rekening 1967. Spre-
ker heeft daaruit geconstateerd, dat er belangrijke verschillen kunnen
zijn en dat is geen kritiek maar een volkomen vanzelfsprekende zaak
tussen begroting en rekening. Over 1967 kan voor de 3 bedrijven te-
zamen bepaald niet eens van een sluitende rekening worden gesproken