183
30 oktober 1969
aan het departement, terwijl later nog eens ten departemente geïnformeerd
is. Voor deze woningen is eehter geen regeling te vinden op grond waar-
van premie verleend kan worden. Spreker heeft er zelf ook naar gezocht
maar heeft haar ook niet kunnen vinden. Het bestuur der vereniging heeft
er uiteraard ook naar gezocht, maar een regeling schijnt niet te bestaan.
In dit geval dient niet alleen te worden gesproken van renovatie. Het
gaat ook over het moderniseren van keukens, het maken van een douche-
gelegenheid, het wijzigen van de raamkozijnen hetgeen wel zal bete-
kenen andersoortige ramen zodat de kamer lichter wordt het ver-
nieuwen van schuren en toiletten (van hout steen maken) enz. De
toiletten worden nu bij de woningen getrokken; allerlei primitieve toe-
standen waren hier nog. Het gaat niet alleen over reparatie, het gaat ook
over het moderniseren van ouderwetse woningen.
Daar vallen ook enige weduwenwoningen onder. Eén weduwe heeft een
kostganger en die moet natuurlijk op zolder slapen. Hij doet dat, dus hij
zal daar zijn gerief wel vinden; dat is zijn eigen zaak. Het zijn huisjes
voor één persoon en zij blijven dat. Het bestuur heeft kennelijk geen aan-
leiding gezien om die kleine zolders met passen en meten, waarschijnlijk
zeer onaesthetisch, in kamers te verdelen. Doet men dit, dan krijgen die
woningen, althans aan de buitenkant, een heel raar aanzien. Men heeft het
niet gewild en men heeft het ook niet gevraagd. Het ligt niet op de weg
van de gemeente om te zeggen dat er toch maar kamers moeten komen.
Dan zou men een heel nieuwe opzet en een heel nieuwe berekening krij-
gen. Het lijkt burgemeester en wethouders ook niet gewenst om, wanneer
een huisje zö gebouwd is dat een zolder een zolder is, daar coûte que
coûte een kamer van te maken. Dan kan men voor hetzelfde geld, bij een
andere bouw, als het gemeenschapsgeld is, beter van stonde af aan een
huis opzetten met een zolder of zolderkamers of slaapkamers. Aandrang
van die zijde is er niet gekomen en voor zover spreker bekend is de kost-
ganger rustig, dus dat is geen moeilijke zaak.
Bij de heer Bomans bestaat toch wel een serie misverstanden. Hij
denkt dat de een zijn huis beter heeft verzorgd dan de ander. De ver-
eniging heeft echter voor alle huizen hetzelfde onderhoud toegepast. De
renovatiekosten ad 15.000,per woning hebben een huurverhoging ten-
gevolge van 480,per jaar. Een rente van 6 7% geeft te zien dat de
huurders deze woningverbetering lang niet financieren. Zij krijgen wêl
een veel beter huis, en als dat huis dan een huur doet van f 90,per
maand dan zijn zij toch nog witte raven in het huidige woningbestel en
geen van deze mensen heeft hierover geklaagd, integendeel, zij zullen blij
zijn dat zij voor dat geld een veel meer passende zo niet werkelijke wo-
ning krijgen.
Of het goedkoper zou zijn geweest als de verbeteringen geleidelijk zou-
den zijn aangebracht, betwijfelt spreker. Ook zou het ongerief voor de
bewoners dan veel groter zijn geweest. Nu gaat alles ineens. De bewoners
zullen het wel even moeilijk hebben, natuurlijk, maar alles zal wel in een
goed beleid gaan en met afspraken wanneer iets zal gebeuren. De geld-
lening wordt door de Rijkspostspaarbank verstrekt. De gemeente moet
alleen die lening garanderen. Die garantie houdt helemaal geen gevaar in.
Uit diverse fondsen, hiervoor gevormd, kan het restant van 65.000,
worden bijgepast.
De heer de Ruiter zegt dat hij in de beantwoording van de wethouder
een antwoord heeft gemist op sprekers vraag of, afgezien van de premie-
regeling woningverbetering en -splitsing, die alleen op particuliere wo-
ningen betrekking heeft, niet een mogelijkheid bestaat voorschotten uit
's rijks kas te verkrijgen, zoals voor de woningwetbouw gebruikelijk, op
basis van een lagere rentevoet, op het ogenblik 6%%, en op de annuïteit
die daarvoor gesteld is. Dat zou in dit geval een 25-jarige annuïteit zijn.
Sprekers vraag is echt niet zo maar uit de iucht gegrepen. Hij heeft zich