22 4e afd. 26 februari 1970 REGELEN OMTRENX DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 1 VAN DE WOONRIIIMTEWET Heemstede, 11 februari 1970. Aan de Raad, De minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening heeft bij zijn beschikking van 23 december 1969, nr. 1218319, nieuwe voorschnften vastgesteld inzake de toepassing van artikel 1 van de Woonruimtewet 1947. Deze treden in de plaats van die welke zijn vastgesteld bij beschik- king van de minister van Maatsehappelijk Werk dd. 25 juni 1957. De nieuwe beschikking en een toelichting daarop liggen voor u ter inzage. Blijkens het bepaaide in artikel 1, sub a, b, d en e, moet de vergunmng bedoeld in artikel 1 van de wet in de voigende gevallen worden verleend: a. aan hen die wensen te verhuizen: 1. naar een woongelegenheid waarvan de huurprijs tenminste 50 hoger is dan die van de te verlaten woning; 2. naar een woongelegenheid welke tenminste twee woon- of slaap- vertrekken minder bevat dan de te verlaten womng; 3. van een gelijkvloers gelegen woning, resp. van een eengezinshuis naar een hoger gelegen woning; b. wanneer het betreft een vergunning tot inwoning, tenzij naar het oordeel van burgemeester en wethouder ernstige redenen zich daar- tegen verzetten; c. bij woningruil d. aan degene die een hem in eigendom toebehorende, leegstaande woning in gebruik wil nemen. In één geval moet de vergunning in elk geval worden geweigerd, name- lijk wanneer het betreft het ingebruiknemen als huurder van een woning met een lage huurprijs, ingeval de gegadigde niet bij uitsluiting op een dergelijke woning is aangewezen (artikel 1, sub c, van de beschikking) In artikel 1, sub f, is bepaald dat de eis van economische gebondenheid aan de gemeente niet als weigeringsgrond mag worden gehanteerd. In gemeenten die tot een agglomeratie van gemeenten behoren, kan echter wel de eis van economische gebondenheid aan het tot die agglomeratie behorende gebied worden gesteld, indien daartoe door alle gemeenten van die agglomeratie wordt besloten, dan wel indien een daartoe strekkend besluit geldt voor al die gemeenten. Deze eis kan evenwel niet worden gesteld aa.n hen die niet meer duurzaam aan het arbeidsproces deelnemen. De door de minister vastgestelde voorschriften hebben kracht van wet en de door u op grond van artikel 4 der wet vastgestelde regelen vinden geen toepassing voor zover deze onverenigbaar zijn met de nieuwe be- schikking. De colleges van burgemeester en wethouders van Bloemendaal, Haar- lem, Haarlemmerliede en Spaamwoude en Zandvoort en ons college zijn van oordeel dat in verband met het nog steeds zeer emstige tekort aan woongelegenheid in deze regio de eis van economische gebondenheid aan het gebied van deze gemeenten niet kan worden gemist. Verwacht wordt dat de gemeentebesturen van Haarlemmermeer en Velsen hun gemeenten zullen rekenen tot andere agglomeraties en dat de gemeente Bennebroek zich, althans voorlopig, niet tot een agglomeratie zal rekenen. De nieuwe agglomeratieregeling dient te worden opgenomen in de rege-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1970 | | pagina 33