69
12 maart 1970
De heer Brandsma begrijpt de procedure niet. Men kan natuurlijk twee
raadsleden afvaardlgen waarvan de een het meerderheidsstandpunt en de
ander het minderheidsstandpunt vertolkt. Als de wethouder gaat, gaat als
het ware het college er heen. (Protest van de voorzitter). „Ja, dat gaat
u wel. Ik vind het camouflage."
De voorzitter: „Wethouder van Wijk gaat er niet namens het college
heen."
De heer Brandsma: „Dan moet u twee raadsleden afvaardigen, één voor
het meerderheidsstandpunt en één voor het minderheidsstandpunt. In dat
geval kan ik mij met uw visie wel verenigen, maar als daar de wethouder
optreedt die alle andere besprekingen ook heeft meegemaakt, dan wordt
dat opgenomen alsof het college spreekt."
De voorzitter zegt dat het voorstel van het college door wethouder van
Wijk is verdedigd. Bovendien staat wethouder van Wijk daar als raadslid
voor 100% achter. De wethouder zal dus het minderheidsstandpunt in de
hoorzitting moeten verdedigen. Hij kan daarbij natuurlijk ook, zo objectief
mogelijk, het meerderheidsstandpunt naar voren brengen, maar het lijkt
spreker beter dat één van de raadsleden zich daarvoor beschikbaar stelt
teneinde dat standpunt ook met bravour te verdedigen. Dat is veel objec-
tiever. Anders zou men wethouder van Wijk eventueel nog kunnen ver-
wijten dat hij het niet objectief heeft gedaan.
De heer Van der Hulst meent dat in de vorige hoorzitting, vooral door
tijdnood, een groot aantal sprekers niet helemaal aan hun trekken zijn
gekomen. Is het dan niet veel efficiënter om namens de raad één spreker
af te vaardigen. De vorige keer hebben velen hun spreektijd op moeten
offeren voor anderen omdat het aantal sprekers zodanig groot was dat
niet ieder standpunt voldoende verdedigd kon worden.
De heer Smit; „Dat is onjuist."
De heer Willemse zegt zich beschikbaar te stellen om het meerderheids-
standpunt van de raad naar voren te brengen.
De voorzitter: „U staat sterk met de meerderheid achter u."
De heer Smit vraagt aantekening dat hij noch voor het spoorwegtracé
noch voor het duinvoettracé is.
De vaorzitter: „Hiervan aantekening. Ik neem aan dat u zelf naar de
hoorzitting gaat."
vergadering.
aecretaris,
De voorzitter,