48
2e afd.
29 aprU 1970
geen verwijt kan worden gemaakt, dan wel indien er overigens ge-
gronde reden is om aan te nemen dat hij niet emstig tracht werk
te vinden;
d. indien de beianghebbende zich zonder schriftelijke toestemming van
burgemeester en wethouders in het buitenland vestigt of geacht
moet worden aldaar duurzaam te verblijven;
e. indien de belanghebbende, zij het ook alleen door gebrek aan mede-
werking, verhindert dat een geneeskundig onderzoek tot het ver-
krijgen van invaliditeitspensioen krachtens de Algemene burgerlijke
pensioenwet plaats vindt dan wel zodanig onderzoek belemmert;
f. indien de belanghebbende zich zodanig gedraagt, dat hem ontslag
zou zijn verleend als hij in dienst was gebleven;
g. indien de belanghebbende zich in de betrekking waaruit hem ont-
slag is verleend achteraf blijkt zodanig te hebben gedragen dat
hem ontslag zou zijn verleend als dit eerder was gebleken.
2. Indien de belanghebbende de verplichting bedoeld in artikel 17, lid 1,
niet nakomt dan wel indien hij als ingesohrevene bij het Gewestelijk
Arbeidsbureau opzettelijk of door nalatigheid verzuimt gevolg te geven
aan een oproeping of aanwijzing van het Gewestelijk Arbeidsbureau,
welke kan leiden tot het verkrijgen van werk dat hem in verband met
zijn persoonlijkheid en omstandigheden redelijkerwijze kan worden op-
gedragen of indien hij weigert dergelijk werk te aanvaarden, vervalt
de uitkering voor het gedeelte waarmede deze, te zamen met de ver-
zuimde of verloren gegane inkomsten ,de bezoldiging te boven zou zijn
gegaan.
3. Het bepaalde in dit artikel is niet van kracht indien het niet nakomen
van voorschriften, het weigeren of geen gebruik mEiken van een aan-
geboden betrekking of van een gelegenheid tot het verkrijgen van
inkomsten geschiedt tijdens een staking of uitsluiting, tenzij zich daar-
bij het geval voordoet voorzien in artikel F 11, laatste zinsnede van
lid 4, van het Algemeen Ambtenarenreglement.
Artikel 23
De uitkering vervalt:
a. met ingang van de eerste dag van de maand volgende op die waarin
de belanghebbende de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt.
b. op de dag waarop de belanghebbende op grond van een geneeskundig
onderzoek, bedoeld in de Algemene burgerlijke pensioenwet, blijvend
ongeschikt is verklaard voor de verdere vervulling van de betrekking
waaruit hem met recht op uitkering ontslag is verleend;
c. op de dag na het overlijden van de belanghebbende.
Garantie
Artikel 24
Het bepaalde in deze verordening geldt ten aanzien van de belang-
hebbende met dien verstande dat hem nimmer minder voordelen toekomen
dan wanneer de Werkloosheidswet op hem van toepassing zou zijn ge-
weest.
Nadere voorschriften
Artikel 25
Ter uitvoering van deze verordening kunnen burgemeester en wethou-
ders nadere voorschriften geven.