17 december 1970
351
voor de burgerij. Spreker kijkt dan de kant van de heer Dörr uit, die zo-
veel werkgroepen in zijn partij heeft. Het woord is niet voor niets „ge-
meenschapshuis" d.w.z. uit en door en voor de gemeenschap. Hier kunnen
alle burgers, alle verenigingen, hun schouders onder zetten. Dan kan het de
stichtingsvorm krijgen, welke het voordeel geeft dat op een provinciaal- en
een rijkssubsidie kan worden gerekend. Dat is n.l. niet het geval als de
burgerlijke overheid dit object ter hand zou nemen. Spreker zou zeggen:
„Denkt u er over door, denkt u met ons mee". Het college zal op dit punt
ook niet stil blijven zitten.
De heer van den Briel heeft spreker geïntroduceerd bij wethouder
Lammers. Wethouder Lammers zit nog maar zo kort op die stoel. Spreker
is al 12 jaar lid van de raad en dacht toen de heer Lammers zich zo erg
links opstelde en zoveel openheid wilde „vriend dat red je niet" en dat
blijkt nu ook wel. Spreker zegt het echt niet met een speciale bedoeling,
maar hij wil wel verklappen dat hij op het Groningse congres van de
P.v.d.A. een van de weinigen was die zich hebben verzet tegen het recht-
streeks door de burgerij benoemen van een burgemeester. Spreker dacht
dat zijn fractiegenoot, de heer Brandsma, daar ook niet voor was.
Spreker heeft met veel genoegen van de heer van den Briel beluisterd
dat hij bang is dat de paarden van anderen te hard van stapel lopen. Men
moet natuurlijk ook het andere uiterste trachten te voorkomen n.l. dat men
niet terugholt. Wij moeten inderdaad vooruit, maar met de heer van den
Briel is spreker van mening en naar hij dacht ook de meerderheid van
de raad dat met beleid en verstand naar openheid moet worden ge-
streefd. Schiphol-stop akkoord, maar zeker niet openheid-stop.
De heer van den Briel heeft verder gesproken over de stijgende uitgaven
van hoofdstuk IV, volksgezondheid. Spreker dacht dat hij daarbij het oog
had op het nadelig saldo van het zwembad. De heer van den Briel zal daar-
bij zeker niet gedacht hebben aan het werk van de kruisverenigingen, van
de schoolartsendienst en de schooltandartsendienst. Wat het gezond-
heidshuis betreft kan spreker de heer van den Briel in zoverre gerust-
stellen, dat juist dezer dagen een begln is gemaakt met het doorlichten van
de inkomsten van het gezondheidshuis. Verschillende instanties en parti-
culiere artsen zijn in het gezondheidshuis werkzaam. Nagegaan zal worden
of er geen aanleiding is de daaruit voortvloeiende inkomsten te ver-
hogen.
De heer de Ruiter weet hoe graag spreker met hem de degen zou
willen kruisen met betrekking tot diens politieke beschouwing over de
confessionele partijvorming, maar de voorzitter heeft dit geblokkeerd en
dat is spreker met hem eens. Toen spreker nog raadslid was heeft hij daar-
ovef graag in het openbaar gesproken om over dit punt tot klaarheid
te komen. De heer de Ruiter heeft zijn licht niet onder de korenmaat
geplaatstspreker zou dat zeker ook niet gedaan hebben. Spreker vindt
wel dat de heer de Ruiter een grote verantwoordelijkheid op zich heeft
geladen door zijn woorden zo te laden en te onderstrepen. Spreker weet ech-
ter dat de heer de Ruiter een serieus man is. Hij zal diens woorden tot zich
laten spreken.
Naar aanleiding van het daaromtrent door de heer de Ruiter gesprokene
kan spreker zeggen dat door de I.S.K. is besloten een kring in het leven
te roepen voor de hygiëne van het milieu.
De heer Brandsma heeft gesproken over de ministeriële verschuivings-
circulaire. Spreker is het met hem eens dat hier addertjes onder het gras
schuilen en dat men hiermee helemaal niet zo blij kan zijn. Het is inder-
daad zo, dat, wat het rijk met de ene hand geeft, het met de andere terug-
neemt.
De heer Dörr is eigenlijk ai door de voorzitter beantwoord. Het merk-
waardige is, dat de redevoering van de heer Dörr bijna een openbaar col-
lege was, en wel zodanig dat geen enkele wethouder in staat is gesteld