161
24 juni 1971
patiënten. Dat heeft spreker niet van zichzelf maar dat heeft hij dââr
gehoord. Het is n.l. zo, dat door arbeid de genezing kan worden bevorderd
maar het kan ook zijn dat door arbeid de genezing wordt geremd. Dit is
een zeer subtiele zaak waarbij steeds de medicus, de psycholoog, de ar-
beidsdeskundige moeten worden ingeschakeld ter beantwoording van de
vraag wat er wel en wat er niet moet worden gedaan. Speciaal de voor-
zitter van de stichting, de heer Beucker André, was bang dat van de
zijde van het departement het zwaartepunt zou komen te liggen op de
economische aspecten. Als er dus een bepaald werkverband zou zijn met
een zekere opbrengst, zou het accent komen te liggen op het opvoeren
van de opbrengst en de mens op het tweede plan komen te staan. Spreker
zou elke vrees daarvoor willen wegnemen. Het is trouwens niet alleen
voor Meer en Bosch maar ook voor de overheid een taak om te zorgen
dat de mens no. 1 staat en de economische kant in dit geval op de tweede
plaats komt. De staffunctionarissen van Meer en Bosch, o.a. de heer
Bruiieman, een man van nationale en internationale naam op dit gebied,
hebben hier graag aan meegewerkt en spreker verwacht voor de toekomst
alleen maar goede dingen hiervan.
De sociale werkvoorzieningscommissie blijft bestaan. Artikel 19 luidt:
„Er is een commissie als bedoeld in artikel 4 van de Wet Sociale Werk-
voorziening ter advisering van het algemeen en dagelijks bestuur bij de
uitvoering van hun taken". Artikel 29 bepaalt, dat het dagelijks bestuur
zo mogelijk een orgaan van overleg instelt als bedoeld in artikel 24 van
de wet, voor ieder werkverband dat rechtstreeks onder zijn beheer staat.
Men denkt dan aan bepaalde subcommissies. In de subcommissie die voor
dit werk in Heemstede bestaat, zitten vertegenwoordigers van de vak-
organisaties dus N.V.V., N.K.V. en C.N.V. plus medici en staffunctionaris-
sen van Meer en Bosch. Die subcommissie zal ook in de toekomst blijven
functioneren en zal beslissen over het wel of niet toelaten van arbeids-
gehandicapten en in welk verband zij zullen worden opgenomen.
De heer Kuiper heeft gevraagd naar een beroepsmogelijkheid voor hen
die in een sociale werkplaats tcwerk zijn gesteld. Artikel 34 van de Wet
Sociale Werkvoorziening bepaait dat voor de werknemer van een be-
slissing op het bezwaarschrift als bedoeld in artikel 31 beroep open staat
voor zover het beroep betrekking heeft op de categorie waarin hij is in-
gedeeld, zijn werktijd, zijn loon of andere financiële aanspraken als be-
doeld in artikel 30, le lid, onder a, vakantie of verzuim wegens bijzondere
omstandigheden, een tegen hem genomen disciplinaire maatregel en het
eindigen van zijn dienstbetrekking. Indien het beroep een disciplinaire
maatregel als bedoeld in het eerste lid, sub e, betreft, is de rechter be-
voegd te beoordelen of van de bevoegdheid tot het nemen van de disci-
phnaire maatregel in overeenstemming met de redelijkheid gebruik is
gemaakt. Over het in de vorige leden bedoelde beroep wordt geoordeeld
d°or de Raden van Beroep en de Centrale Raad van Beroep, bedoeld in de
Beroepswet, overeenkomstig de bepalingen van die wet.
De voorzitter vindt dit duidelijk een uitputtende regeling. Dat zou niet
m het werkvoorzieningsverband geregeld kunnen worden. Volgens de
Algemene Bepalingen van het Koninkrijk der Nederlanden mag men
iemand niet onttrekken aan de rechter die hem krachtens wettelijke be-
palingen is toegekend.
Wethouder Verkouw: „En ook niet treden in datgene waarin de wet-
gever reeds heeft voorzien."
Mevr. Gaasterland zegt te hebben begrepen dat de gemeentelijke sociale
werkvoorzieningscommissies worden opgeheven. In de plaats van die
commissies komt dus één schapscommissie. In onze sociale werkvoor-
ziemngscommissie was behalve Meer en Bosch ook Nieuw Unicum ver-
