210 26 augustus 1971 men, todh dacht spreker niet dat dit een verboden zaak is. De raad kan daar in vrijheid over beslissen en nee zeggen als hij dat wenst. Spreker vindt de oplossing om nú de financiën te saneren veel fraaier dan de moeilijkheden te verschuiven. Spreker dacht dat de heer Brandsma en hij het daarover eens waren. Hoe de heer Van Ark kan denken dat spreker de sportstichting subsi- dies wil laten verlenen, is spreker niet helemaal duidelijk. Het college zelf heeft steeds in belangrijke zaken aan de opvatting van het bestuur van de sportstichting grote waarde gehecht. Het heeft in het recente verleden ann de sportstiohting een sportnota gevraagd; heeft de sportstichting op- gedragen advies uit te brengen over de huren; vraagt over allerhande kwesties advies, en alle tarieven, zoals die door de sportstichting worden gehanteerd, zijn op voorstel van de sportstichting tot stand gekomen be- sluiten van burgemeester en wethouders. Zö onlogisch is de gedachte dan ook niet om, waar het om een principiële zaak gaat van individuele sub- sidiëring van een sportvereniging, daarover ook het geluid van de sport- stichting te horen. Spreker begrijpt niet waarom dat zo buitengewoon veel verzet oplevert, want als er een commissie voor sportzaken had be- staan kennelijk fungeert het seniorenconivent tijdelijk als zodanig zou men daar zeker advies aan hebben g'evraagd. Daarmee is dan geen beleidsbeslissing genomen maar uitsluitend en in dit geval ongevraagd advies gegeven. Sprekers verwijzing naar AJliance had alleen ten doel aan te tonen dat, als er belangrijke subsidievoorstellen ten behoeve van de sport aan de orde komen, dat het dan zo belangrijk is deze om te zetten in wat men een gebruikelijk beding zou kunnen nemen, in iets dus waarop de vereni- gingen kunnen rekenen. De opvatting van de heer Van Ark dat de sportverenigingen de volle huur in rekening zou moeten worden gebradht en dat zij dan voor het ontbrekende bedrag subsidie kunnen krijgen, lijkt spreker, rekenkundig gesproken, een aantrekkelijke gedachte omdat men dan als het ware pre- cies weet weike vereiiiging subsidie moet hebben enz., maar spreker vindt het een methode die duidelijk tekort doet aan de eigenwaarde van een vereniging, omdat de kosten van de sportaccommodatie in geen enkele verhouding liggen tot het budget van de verschillende verenigingen, zelfs zouden subsidies moeten worden gevraagd die misschien wel tien- maal hoger zijn dan de gehele begroting van een dergelijke vereniging nu bedraagt. Dat kan nooit een s'timulans zijn voor de zelfwerkzaamheid der vereniging, voor het proberen de zaak in eigen kring gezond te houden. Als men toch al zo'n groot tekort heeft wat maakt een beetje meer dan nog uit. Alleen al om deze reden vindt spreker de voorgestelde methode onjuist. Misschien zou men dat intem eens kunnen uitrekenen teneinde te weten hoe dat allemaal zit. Spreker geeft in overweging en hij zou daar graag het gevoelen van anderen over horen, H.P.C. dat door een éénmalige gebeurtenis in moeilijk- heden is geraakt, ook door een eenmalige subsidie ult de moeilijkheden te helpen. De heer Brandsma zich aansluitende bij het tWeede deel van de uiteen- zettingen van de heer de Ruiter, zegt tevreden te zijn met de toezegging van twee wethouders, dat de verenigingen nog alle gelegenheid hebben spreker heeft zelfs begrepen ook nog bij de begrotingstoehandeling subsidieaanvragen voor de begroting 1972 in te dienen. Spreker vindt dat een zeer royale toezegging. De voorzitter: „Niet bij voorkeur." De heer Brandsma zegt dat misschien bij amendement of bij motie of hoe dan ook, bij de begrotingsbehandeling nog iets tot stand kan worden gebracht.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1971 | | pagina 22