26 augustus 1971
197
oefenen. Vanaf dat moment heerst hij als een generaal en er gebeurt mets
meer. Het is alleen moeilijk in voldoende mate dergelijke mensen te vinden,
zodat zij ook op andere plaatsen kunnen worden ingezet. Spreker is het
met mevr. Gaasterland eens dat er in de gemeentelijke publicaties steeds
weer op gewezen moet worden dat er een taak voor de volwassenen ligt
om er aan mee te werken dat onze gemeenschappelijke eigendommen
zorgvuldig worden bewaard.
Wethouder Van' Wijk is het met de heer Van den Briel eens dat voor-
komen altijd beter is dan genezen, ook al kan men achteraf de verant-
woordelijke man voor een bepaalde fout aanwijzen. Bij elk te bouwen
object zal daar naar gestreefd moeten worden. Dat er nochtans iets aan
de toezichthouder kan ontgaan zal altijd wel het geval blijven.
De heer Rücker zegt dat het gesprokene door wethouder Van Wijk hem
noopt een opmerking te maken. Men moet het z.i. zô zien, dat het toe-
zichthoudend orgaan in strikt juridisdhe zin wellicht niet aansprakelijk kan
worden gesteld voor onvoldoende toezicht, maar uit deze affaire is wel
duidelijk gebleken, dat althans de toezichthoudende organen voor bepaalde
zaken en op bepaalde momenten duidelijk in hun taak tekort zijn ge-
schoten. Dit wil spreker vastgelegd hebben.
De heer Beijen merkt op dat het waterzuiveringsapparaat dat nu ge-
ïnstalleerd gaat worden misschien niet voldoende zal zijn in verband met
de te verwachten pieken in het bezoek bij mooi weer. Een apparaat met
meer capaciteit zou dan, zoals spreker meent te hebben beluisterd,
f 20.000,meer kosten. Spreker vraagt: waarom dan niet het optimale
gedaan Gezien de meerdere vrije tijd die men in de toekomst zal krijgen,
is het te verwaehten dat in de eerstvolgende 5 10 jaar het bezoek aan
het zwembad enorm zal toenemen, zeker als men nog verdere verwarming
zal gaan toepassen. Men zal dan over een paar jaar weer moeten uit-
breiden. Is het dan niet verstandiger nu al de voorzieningen te treffen
die men meent in de toekomst nodig te zullen hebben?
Wethouder Van Wijk zegt dat het toezicht op de bouw in handen was
van Openbare Werken en de architect. Het ligt meer op de weg van de
architect dat hij zaken als afschot e.d. ontdekt. De andere toezichthouder
is ook niet vrij te pleiten. Er zijn bepaalde dingen die men misschien had
kunnen zien. Sommige dingen blijken VEiak eerst bij gebruik, maar hier en
daar was het toezioht blijkbaar niet voldoende.
Wethouder Willemse zegt in antwoord op het gesprokene door de heer
Beijen, dat het prijsverschil van 20.000,alleen betrekking had op het
kleuterbad. Wanneer nu een investering wordt gedaan van f 20.000,
die misschien nooit zal worden gebruikt men is het nog niet eens over
de vraag of het kleuterbad op dit moment reeds moet worden uitgebreid
of eerst over 5 jaar, dan wordt over die 5 jaar renteverlies van
20.000,— geleden. Wat nu wordt gemaakt is ruim voldoende voor het
huidige kleuterbad. De technische mensen en ook de andere personeels-
leden van het zwembad zijn bijzonder optimistisch over het bezoek en
zouden nu al graag een groter kleuterbad willen hebben en dus een grotere
installatie. Burgemeester en wethouders zijn van mening dat het beter is
nu een verbetering van de watercirculatie tot stand te brengen die vol-
doende is, maar dan zoveel mogelijk gebruik te maken van materialen die,
als het bad zal moeten worden uitgebreid, nog bruikbaar zullen zijn en dat
dan volstaan zal kunnen worden met b.v. een verwarmingsketel. Dit heeft
geen invloed op de watercirculatie van het tussenbad en het diepe bad.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming vast-
gesteld.