4e afd. 25 novemiber 1971 143 FLUORIDERING VAN HET DRINKWATER Heemstede, 10 november 1971. Aan de Raad, Zoals u bekend is besloot de gemeenteraad van Amsterdam op 13 juni 1962 In beginsel tot fluoridering van het door de Gemeenteiwaterleidingen te leveren drinkwater. De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Volks- gezondheid verleende bij beschikking van 26 mei 1965 de hiervoor vereiste goedkeuring. In uw vergadering van 26 november 1965 besloot u in te stemmen met de levering door Amsterdam van drinkwater met een kunstmatig ver- hoogd fluoride-gehalte. Wat de wenselijkheid van fluoridetoevoeging betreft, verwezen wij in ons desbetreffende voorstel naar de conclusies van de Gezondheidsraad, welke door de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid waren overgenomen, t.w.: 1. de toevoeging van fluoride aan het drinkwater tot een concentratie van 1,0-1,2 mg per liter zal een zeer belangrijke daling van de cariës- frequentie tot gevolg hebben; 2. een fluoridetoevoeglng aan het water in genoemde concentratie is als niet-schadelijk voor de gezondheid te beschouwen; 3. de fluoridetoevoeging aan het Nederlandse drinkwater is aan te be- veien tot een concentratie van 1,0-1,2 mg per liter; 4. de kosten van de waterfluoridering zijn gering te achten in verge- lijking tot de kosten van tandheelkundige behandeling; 5. indien men tot fluoridering overgaat, zal het van belang zijn een nauw overleg tussen de verantwoordelijke instanties te scheppen; 6. er dienen voldoende waarborgen aanwezig te zijn dat de fluoridering zo exact mogelijk wordt uitgevoerd. Amsterdam heef de fluoridering aanvankelijk uitgesteld in verband met het feit dat de Staatssecretaris voor Sociale Zaken en Volksgezondheid naar aanleiding van terzake in de Tweede Kamer der Staten Generaal gestelde vragen besioot aan de Gezondheidsraad een nieuw advies te vragen. Dit advies werd in 1970 uitgebracht onder de titel „Advies inzake de Medisch-Toxicologische en Tandheelkundige aspecten van het fluorideren van drinkwater." De Gezondheidsraad concludeerde o.m. „Het bleek dat sinds 1960 vele gegevens naar voren zijn gekomen die het nut van de drinkwaterfluori- dering onderstreepten en van de vermeende schadelijkheid aantoonden dat deze nog kleiner was dan wel werd verondersteld. Er bleek ook uit dat er op dit moment geen enkel altematief is dat met evenveel zekerheid en veiligheid voor de gehele bevolking kan worden toegepast." Bij brief van 31 augustus 1971 zonden burgemeester en wethouders van Amsterdam ons een nota, uitgebracht door de wethouder voor de Ge- meentebedrijven; op basis van deze nota besloot het college tot de fluori- dering over te gaan met ingang van 1 november 1971. Naar aanleiding van verzoeken van het provinciaal bestuur en enkele gemeentebesturen werd de datum van invoering naderhand opgeschort teneinde de provincie en de betrokken gemeenten wat meer tijd te geven om de invoering in hun afzetgebied voor te bereiden. Bij het overleg dat afgevaardigden van provincie en gemeenten op

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1971 | | pagina 17