17 december 1971
403
sterking van de algemene middelen. Dit moet spreker zeer beslist tegen-
spreken. De heer Brandsma heeft al een heel eind gerekend in de rich-
ting waarin ook spreker gerekend heeft, namelijk dat het college om aan
een post onvoorzien te komen van 49.000,en een winst van 150.000,
daartegenover een opbrengst van tariefsverhoging staat van 190.000,
De heer Brandsma stelt dat wanneer de tariefsverhoging niet zou door-
gaan, het college dan toch nog een onvoorzien heeft van 9.000,Zo op
papier is dat inderdaad juist, maar deze 9.000,is het komend jaar bij
lange na niet voldoende. Bij een zeer recente vergadering van de G.Z.K.
is o.a. al gebleken dat de geraamde inkoop-prijzen in deze begroting te laag
waren. Men moet niet vergeten dat de cijfers van een begroting eigenlijk
al in de voorzomer van een bepaald jaar worden opgemaakt eni in een
later stadium is eigenlijk pas precies te overzien hoe de inkoopprijzen
komen te liggen. Dit betekent echter dat de inkoopprijs minstens
17.000,hoger wordt dan in deze begroting is geraamd. Een tweede
punt is de heer Kuiper heeft daar terecht op gewezen, dat in deze
begroting nog niet de loonkostenstijging voor 1972 geraamd kon worden.
In 1971 was het 17%, spreker durft niet te zeggen wat het 'in 1972 zal
worden. Ten derde heeft het college natuurlijk helemaal niet de kapitaals-
posten kunnen ramen die zich in de loop van 1972 zullen voordoen. Er is
wel geraamd voor de kapitaalwerken, waarvan nu al vaststaat dat ze
zullen worden uitgevoerd, maar regelmatig heeft men kunnen zien in de
afgelopen jaren, dat in de loop van een jaar zich dingen kunnen voordoen
die het nodig' maken kredieten te vragen, er kunnen b.v. leidingen sprin-
gen of wat dan ook waar weer kredieten voor gevraagd moeten worden;
daar moeten ook weer kapitaalslasten voor zijn, die natuurlijk niet ge-
raamd zijn. Als spreker deze 3 aspecten in aanmerking neemt, dan be-
tekent dit dat er gegarandeerd in 1972 dik in de rode cijfers van het
gasbedrijf wordt gekomen als deze tarieven niet zouden worden verhoogd.
Verder merkt spreker op dat alle distributiebedrijven bij elkaar deel uit-
maken van de SROG, dit is een instantie die tarieven landelijk op de
voet volgt, 5 jaar lang zijn deze tarieven dus op eenzelfde niveau gehand-
haafd. Dat kon omdat in de afgelopen 5 jaar de gasomzet dermate steeg
dat de kosten toch tegen deze vaste tarieven konden worden opgevangen.
De curve van omzetstijging neemt echter in toenemende mate af. Natuur-
lijk is er nog wat gasuitbreiding door aanleg van centrale verwarming en
uitbreiding van de gemeente, maar lang niet in de mate als de afgelopen
5 jaar het geval is geweest. Dat betekent dat de kostenstijging die onge-
twijfeld in de komende jaren doorgaat niet meer kan worden opgevangen
door een hogere omzet zoals in het verleden het geval is geweest. Er zijn
prognoses gemaakt voor de komende jaren en deze prognoses wijzen uit
dat bij niet verhoging van de tarieven b.v. in 1973 al 37.000,verlies
zou ontstaan, in 1974 96.000,enz. Het blijkt zelfs nu al dat deze prog-
noses veel te optimistisch zijn geweest, namelijk de prognose van 1972
gaf zonder tariefsverhoging nog een batig saldo aan van 20.000,
Spreker heeft zo juist voorgerekend dat het geen batig saldo van 20.000,
zal zijn, maar misschien wel een nadelig saldo van 30.000,of 35.000,
Om al deze redenen meent het college dan ook de heer Brandsma sterk te
moeten aanraden om met deze tariefsverhoging in te stemmen, louter
alieen al om het blote feit van rendabele bedrijfsvoering, want geen van
de raadsleden zal toch willen dat het bedrijf verliesgevend zou zijn. Men
kan discussiëren over de vraag of een overheidsbedrijf winst moet op-
leveren, of deze winst gereserveerd moet worden in het bedrijf of inciden-
teel, zoals vandaag aan de orde is, eenmalig kan gebruikt worden voor
versterking van de algemene middelen. Spreker meent dat hij wel duidelijk
heeft aangetoont dat deze tariefsverhoging per sé nodig is om te kunnen
draaien en om een rendabele bedrijfsvoering in het komende jaar te kunnen
garanderen.