17 december 1971 447 en spreker dacht ook in de geest van de heer Kettenis. Of het op onze weg ligt om hier uit de boot te vallen, in de goede zin natuurlijk? Spreker meent dat alle gemeenten deze leidraad volgen. De Hartstichting vraagt namelyk ook niet meer. Het subsidie is afgestemd op 1 cent per inwoner. Om nu hier een andere weg te volgen? Spreker dacht dat de subsidiëring van de Nierstichting en ook van het Astmafonds en aan alle andere stich- tingen ook zeer belangrijk was, maar nogmaals de raad heeft hier het laatste woord, en als de raad van mening is, gehoord het pleidooi van de heer Kettenis, waar spreker zich echt niet tegen wil verzetten, dat de bij- drage toch verhoogd moet worden, dan zou daar een voorstel van gemaakt kunnen worden. De heer Kettenis zegt inderdaad een voorstel te willen indienen om de bijdrage te verhogen, hetgeen hij dan zal doen als het agendapunt inza- ke de subsidies aan de orde komt. Hoofdstuk V. Volkshuisvesting. Punt 64 t/m 79. De heer Van den Briel wil nog even terug komen op de woningkarto- theek. Spreker heeft voor zich de notulen van de vergadering van 18 de- cember 1970, waarbij de toenmalige voorzitter, de tegenwoordige wethou- der Van Wijk, beloofd heeft namens het college van burgemeester en wet- houders een eerlijk, open verslag te geven, waarna alsnog een beslissing kan worden genomen. Hij heeft gezegd dat hij beloften die hij namens het college doet, altijd honoreert, dus dat lijkt hem in dit geval van belang, maar dan moet spreker toch zeggen dat de korte termijn die hij daarbij genoemd heeft wel een beetje uitgerekt is, als spreker aanneemt dat men nu een jaar verder is en spreker vreest dat er nog niets gebeurd is. Spre- ker vindt dit toch wel een beetje al te weinig rekening houden met de wensen die toen vanuit alle fracties in de raad naar voren gekomen zijn, want alle fractievoorzitters en sprekers namens de fracties hebben toen gezegd dat toch die woningkartotheek wel van belang kon zijn bij de be- oordeling van de woningsituatie in Heemstede. Spreker vindt dit toch een beetje ai te lang duren gezien deze eenstemmige opmerkingen van de ver- schillende fracties in die vergadering. De heer De Ruiter wil gezien het grote belang van het onderwerp dat nu aan de orde is, een paar korte opmerkingen over dit hele vraagstuk maken. Gisteravond is al naar voren gekomen dat het zo bijzonder moeilijk is tegenwoordig maar dat is het eigenlijk altijd al geweest om wo- ningen te bouwen voor de laagstdraagkrachtigen van de samenleving. Het merkwaardige is dat het vroeger toch meer gebeurde dan nu, en spreker gelooft dat dit voor een groot deel te verklaren is uit het feit dat men vroeger wel woningen bouwde, maar kwalitatief heel andere eisen daaraan stelde. Dat men toen veel meer van het principe uitging dat de arbeiders- woning zoals dat toen heette, gewoon veel kleiner mocht zijn, veel benauw- der, veel minder goed uitgerust dan de overige woningbouw. Dat is een principe dat men duidelijk verlaten heeft en dat heeft zijn consequenties nu weer in een andere richting, namelijk dat het zo bijzonder moeilijk is om voor de laagstbetaalden, de laagstgehonoreerden, tot een aanvaardbare woning te komen. Spreker meent dat het goed is om te constateren dat vorig jaar al in de memorie van antwoord heeft gestaan, naar aanleiding van vragen zijnerzijds, dat het eigenlijk zo is, dat er meer dan voldoende goedkope woningen zijn; ze zijn alleen verkeerd verdeeld. En daarmede raakt men iedere keer weer het centrale probleem van de volkshuisves- ting, dat niet ligt op het punt van de kostprijs, uiteindelijk staan er toch verschrikkelijk weinig woningen leeg in Nederland, en dat is toch beslis- send voor de vraag of iets dan uiteindelijk te duur is, maar op het punt van de verkeerde verdeling. En dat brengt dan tot vragen over doorstro-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1971 | | pagina 57