460
17 december 1971
°ver te zeggen. Min of meer toevallig heeft zij te maken gekregen met 2
van de 15 afwijzingen van de welstandscommissie en één daarvan is de
kleuterschool. Zij kan begrijpen dat het college zegt dat de welstands-
commissie geen blaam treft, zij gelooft dat de verhouding tussen wel-
standscommissie en college van belang is. De welstandscommissie is een
nuttige en nodige adviescommissie, tenslotte is het college in het alge-
meen gesproken niet deskundig op bouwkundig en bouw-esthetisch ge-
bied maar aan de andere kant is de welstandScommissie toch een ad-
viescommissie, van welks advies toch een enkele keer afgeweken kan en
mag worden. Een bouw of verbouw heeft verschillende aspecten, en niet
alleen bouwtechmsche. Die kleuterschool is eigenlijk een heel goed voor-
beeld, m welk geval naar haar mening het sociale aspect zwaarder had
moeten wegen dan het bouwkundige of het esthetische, en dat sociale as-
pect is volgens spreekster geheel een verantwoordelijkheid van het college.
Het andere geval waar spreekster mee te maken kreeg betrof een ver-
bouwing van een zolder, die door de welstandscommissie werd afgewezen
Misschien was het uit bouwkundig oogpunt wel terecht dat de welstands-
commissie dit plan afwees, maar spreekster heeft de indruk dat het be-
lang van de bewoners eigenlijk te weinig in het oog is gehouden. Gaarne
zou spreekster de mening van het college horen over de verhouding tussen
de welstandscommissie en het college.
De heer \an der Hulst meent dat als de welstandscommissie, zoals het
coilege m haar antwoord zegt, geen biaam treft, dan toch zeker in dit ge-
val wel het college. Voortgangscontrole en stimuleren behoren zeker tot de
taak van het college. In dit geval had het college na conform het eerste
advies van de welstandscommissie te hebben besloten, onmiddellijk de
vraag moeten stellen aan de welstandscommissie wat er nu verder gedaan
had moeten worden. Een andere zaak die sprekers belangstelling heeft is
o het ontwerp voor de aanbouw van de kleuterschool gereed en goedge-
keurd is, wordt het werk aanbesteed en zo ja, op welk tijdstip wordt het
werk aanbesteed? Als het college dit nu niet exact kan zeggen dan wil
spreker dat graag zo snel mogelijk vernemen.
Mevr. Snoep heeft zijdelings wel over de kleuterschool gesproken,
maar het gaat haar eigenlijk meer om het algemeen aspect.
Wethouder Van Wijk acht de verhouding tussen welstandscommissie en
het college uiteraard duidelijk. Het is een commissie van advies en het
afwrjken van het advies is elk ogenblik geoorloofd, en spreker kan wel
zeggen dat het ook wel is gebeurd, hoewel niet zo vaak. De Ieden zijn des-
kundigen, en men moet wel van goede huize komen om te zeggen dat de
deskundigen er naast zijn. Toch gebeurt het wel eens dat het college juist
die factoren la.at wegen waar op gedoeld is, dat het college redeneert dat
het nu misschien niet de mooiste oplossing is, maar dat er een concessie
gedaan moet worden omdat de bewoners daar een groot voordeel aan
hebben. Speciaal als het een achtergevel betreft, dan meent het college
nog wel eens meer vrijmoedigheid te hebben dan bij voorgevels die zo in
het zicht liggen, en als de bewoners dan voor de kinderen op de zolder nog
een paar kamers kunnen maken, laat het college ze hun gang gaan. Er
wordt dan wel gezegd dat het huis van de buren, dat precies hetzelfde is,
dan geen dakkapel heeft, doch misschien krijgen die buren ook nog
wel eens kinderen of behoefte aan een kapel of wat dan ook, en dan komt
dat m een later stadium wel weer in orde. Zo past en meet het college dus
nog wel. Spreker weet niet of mevr. Snoep hetzelfde op het oog heeft
met betrekking tot die zolder en die dakkapel als spreker, maar hij heeft
een bepaalde bewoonster diverse malen bij zich gehad; de commissie had
gezegd dat de vraag was of de buren ook de zolder met een dakkapel wil-
den uitbreiden. De buren bleken echter mensen te zijn van 78 en 80 jaar
die nooit op de zolder kwamen zelfs, laat staan dat ze enige behoefte had^