17 clecember 1971
461
den om daar een kapel te maken. Toen heeft het college besloten dat aan
de werkzaamheden kon worden begonnen in de hoop dat er in het huis er-
naast later wel een gezin komt wonen dat ook een dakkapel wenst. In zo'n
geval gaat het college echt geen brief schrijven aan de welstandscommis-
sie, met de mededeling dat het college tot haar spijt is afgeweken van
het advies. Dan wordt eenvoudig die kapel gebouwd en krijgt men een
bouwvergunning.
Met betrekking tot de kleuterschool zegt spreker dat dit een mooi ge-
bouwtje is, een teer punt voor de commissie, en spreker moet zeggen dat
de leden altijd en dat is hun vak natuurlijk met liefde dat îs
misschien een groot woord de zaken benaderen en dat doen met gevoel
voor esthetica, voor harmonie, voor aanpassing aan de omgeving. Spreker
waardeert dat altijd bijzonder en hij moet zeggen dat het voor hem leer-
zame middagen zijn als de commissie vergadert. Spreker heeft daarbij
geen enkele inbreng, hij luistert alleen, kan de tekeningen bekijken en
heeft daar veel geleerd. Spreker constateert daar altijd een heel fijnzin-
nige benadering van de zaken. Sommige plannen zijn in de ogen van de
leden der commissie gewoon onmogelijk, en zij oordelen dan dat een be-
paald pian niet aanvaardbaar is. En zo was het ook met het plan om een
wagen bij de school te plaatsen, waarbij de commissie terecht er op wees
dat tijdelijke dingen zo lang plegen te duren. Toen heeft de commissie sug-
gesties gedaan, het college heeft die overgenomen. Het plan is goedge-
keurd en zal binnenkort aanbesteed worden waardoor de hele zaak uit de
wereld is. Men moet niet denken dat deze commissie het college nngeloort,
maar het college heeft wel respect voor haar opvattingen. Men kan de
commissie vragen wat men bij een afwijzing verder moet doen en dan
komt spreker aan een heel teer punt maar de commissie zegt dan. wij
zijn uw opdrachtgever niet, wij gaan niet voor u tekenen, wij zeggen of
volgens ons criterium iets aanvaardbaar is of niet. Als het onaanvaardbaar
is dan zet de commissie dat op de tekening en in sommige gevallen zet
men geheel vrijblijvend met een paar potloodstrepen hoe het wel zou kun-
nen, tot heil van de gebruiker. Dat is ook in dit geval gebeurd en dat zijn
heel vaak taktische raadgevingen, waar men niet gauw overheen stapt. Er
is gezegd dat als de commissie geen blaam treft, dan treft het college
blaam. Als er een ontwerp-plan is waarvan de commissie oordeelt dat het
onaanvaardbaar is en het college aanvaardt het ook niet, dan is dat, ook
al heeft dit op het gebied van het onderwijs zijn repercussies, te betreu-
ren, maar een blaam ziet spreker er bepaald niet in, indien men een met-
aanvaardbaar gebouw niet bouwt.
De voorzitter zegt dat het college achter de stelling staat, die zojuist
door de heer Van Wijk naar voren is gebracht. Men heeft hier te maken
met een belangrijk adviescollege, waarvan het college hoopt dat de des-
kundigen voor de commissie ook vast kunnen worden gehouden, met an-
dere woorden, dat er zeker niet lichtvaardig aan wordt voorbijgegaan. Het
kan op grond van hogere belangen natuurlijk wel eens geschieden en de
heer Van Wijk heeft persoonlijke belangen geschilderd die nog wel een
zijstap kunnen rechtvaardigen. De heer Van der Hulst heeft er op gewezen
dat het nimmer een commissie is om zich achter te verschuilen of dat
een beleidsstimulering, het gewoon inspringen op het juiste moment van
het college, dat dat achterwege zou mogen blijven. Spreker zegt dat het
met betrekking tot de school een moeilijk afwegen is geweest inzake dit
totale project en de adviescommissie ook de heer Van Wijk heeft het al
gezegd brengt zijn adviezen uit en het college pleegt die omdat het
waarde hecht aan de kwaliteiten die in de commissie zitten te volgen.
Mevr. Snoep ziet de welstandscommissie eigenlijk voor het bouwkundige
aspect en het college voor het gezonde verstand bij de beoordeling van de
aanvragen.