17 december 1971 467 is dus wel zeer toevallig dat ook van de zijde van het Katholiek schoolbe- stuur nogmaals onafhankelijk van elkaar men tot dezelfde kosten- opgave komt. De gemeente als administrateur van de openbare scholen geeft geen werkelijke kosten, omdat het moeilijk te berekenen is doordat de ambtenaren het werk doen. En daarvan zouden dus de bijzondere scho- len de dupe worden. Spreekster verzoekt met klem dit bedrag te verhogen. De heer Van Emmerik wijst er op dat hij heeft aangevoerd dat er kosten zijn, die al door mevr. Gaasterland zijn genoemd, die kennelijk ook zitten in de opgave van de bond van Katholieke schoolbesturen, waarmee hier bij de vaststelling van het gemeentebedrag geen rekening is gehou- den. Daarop heeft hij van de wethouder geen antwoord gekregen. Wethouder Van Ark meent dat men bij de vaststelling van deze bedragen in het algemeen moet uitgaan van het uitgangspunt van de wet. En dat is dan datgene wat uitgegeven wordt voor het openbaar onderwijs ook het bijzonder onderwijs krijgt. In het algemeen, niet meer en niet minder. En als men voor het openbaar onderwijs dit bedrag krijgt, dan is dat ook het bedrag dat het bijzonder onderwijs krijgt. Dan kan men wel zeggen, dat men meer kosten heeft, op bepaalde punten zal het bijzonder onderwijs misschien weer minder kosten hebben, en toch krijgt men het volle be- drag. Op een gegeven moment kan het onderhoud weer wat goedkoper zijn, dan krijgt men toch het bedrag dat voor het openbaar onderwijs is uitgegeven. Nogmaals zegt spreker dat het, gelet op de omringende ge- meenten wat hun kosten betreft, voor Heemstede een redelijk bedrag is. De heer De Buiter meent dat het college voorbijgaat aan de structuur- verandering in het gehele maatschappelijke leven, wat ook tot uitdruk- king komt in het feit dat er eenvoudigweg onvoldoende gratis vrije tijd beschikbaar is voor het administreren van grote scholen. Spreker heeft zelf 2 jaar geleden de omschakeling meegemaakt van het bijzonder on- derwijs van de absolute noodzaak om dit via anderen dan alleen maar par- ticuliere mensen te gaan verrichten, dat hij gelooft dat het verantwoord is om voor te stellen de bijdrage voor het bijzonder onderwijs te verhogen van 11,tot 15,per leerling en dat voorstel wil spreker thans doen. De voorzitter constateert dat het voorstel voldoende wordt ondersteund. Wethouder Van Ark verbaast zich over de woorden van de heer De Rui- ter, want als het waar is wat hij zegt, dat dus vroeger alles gebeurde door gratis krachten, dan betekent dit alleen maar dat het bijzonder onderwijs vroeger bijzonder geprofiteerd heeft, want bij het openbaar onderwijs is het nooit door gratis krachten verricht. Spreker acht dat argument daar- om volkomen onjuist. De heer De Ruiter zegt dat het ongeveer 5 jaar geleden is dat hij begon- nen is met de verhoging van de administratiekosten voor het bijzonder onderwijs, en hij zat toen op een kostencijfer van 3,Hij heeft toen geargumenteerd dat die 3,8,moest zijn, en die 8,die hij 5 jaar geleden heeft voorgesteld was gebaseerd op de bijstand van mensen die dat 's avonds in hun vrije tijd tegen een geringe vergoeding deden. Dat waren de werkelijke kosten op basis van de meest voordelige wijze van salaris-administratie en wat dies meer zij. Als men in aanmerking neemt dat het nu moet worden verricht door instellingen waar de loonkosten vol- ledig drukken, dan vindt spreker in dat kader de opmerking van de heer Van Ark helemaal niet juist. De administratiekosten die de scholen hebben ontvangen zijn nooit uitgegaan boven wat het ze werkelijk gekost heeft. En daarom handhaaft spreker met des te meer klem zijn voorstel. Wethouder Verkouw merkt op dat het hier een vrij belangrijke princi- piële zaak betreft, er zijn heel wat gegevens op tafel gebracht en ook

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1971 | | pagina 77