14
27 januari 1972
gen niet openbaar zijn, wil spreekster ze graag nu herhalen. Zij heeft
dat overigens al aangekondigd. Zij wil de wethouder namelijk vragen
hoe snel hij het geld voor de uitbreiding denkt te hebben, hoe lang de aan-
besteding op zich zal laten wachten en hoe lang de bouw zal duren.
De heer Van der Hulst zegt dat over dit onderwerp het laatste half
jaar in iedere raadsvergadering is gesproken; hij hoopt dat dit voorstel
een waardige afsluiting hiervan zal zijn. Het is een vrij dure afsluiting
heeft spreker begrepen; het college weet dat uit de raad aanzienlijk goed-
kopere suggesties naar voren zijn gekomen, die echter niet zijn over-
genomen. Misschien wordt de uitbreiding van de school zo fraai, dat men
achteraf zegt dat het dit toch had moeten worden. Als het college inder-
daad voor het nieuwe schooljaar in augustus de zaak helemaal rond heeft,
dan zal het zijn fractie over deze zaak niet meer horen.
Wethouder Van Ark antwoordt dat het geld voor de uitbreiding van de
kleuterschool spoedig ter beschikking zal zijn; daar behoeft men niet op
te wachten. Het college heeft wat dit betreft een toezegging van Gede-
puteerde Staten. Spreker kan niet beoordelen wanneer de bouwplannen
helemaal rond zullen zijn en wanneer de toestemming voor het definitieve
plan er is; het college probeert dat er zo snel mogelijk door te krijgen.
De bouwtljd van de uitbreiding zal ongeveer 10 weken zijn. Of er goed-
kopere of duurdere plannen zijn, kan spreker op dit moment niet beoor-
delen. Hij is verheugd dat dit plan er is en dat men aan de gang kan gaan.
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
X. Regeling van de financiële gevolgen van de aansteiling van een
remediai teacher en een pedagoog-didacticus (volgno. 10)
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
XI. Beschikbaarstelling bedrag per leerling voor het openbaar lager on-
derwijs; voorschot exploitatievergoeding bijzondere scholen over 1972
(volgno. 21)
De voorzitter zegt dat de commissie voor onderwijs en culturele zaken
zich met het voorstel kan verenigen, onder aantekening dat twee leden
zich hun stem wensten voor te behouden ten aanzien van het bedrag der
adminis tr atiekost en
Mevr. Gaasterland heeft reeds in de commissie voor onderwijs en cultu-
rele zaken aangekondigd dat zij zou persisteren bij de opmerkingen die zij
heeft gemaakt tijdens de begrotingsvergaderingen inzake de administratie-
kosten. Deze opmerkingen resulteerden in een dringend verzoek aan het
college om de administratiekosten voor het bijzonder onderwijs te verho-
gen. In diezelfde commissie heeft de wethouder hoewel het toen over
een ander punt ging gezegd, dat hij wel de laatste was die een dis-
criminatie zou wensen van het bijzonder onderwijs. Dat is een verschrikke-
lijk mooie uitroep en spreekster hoopt dat hij daar dan ook naar zal
handelen. In het desbetreffende stuk zegt het college dat de kosten van het
openbaar onderwijs niet direct aanwijsbaar zijn; deze moeten geschat
worden. Dat is echter wel een heel moeilijke zaak en dat heeft de wet-
gever ook begrepen want die heeft in 1964 de Lager-onderwijswet van
1920 gewijzigd in die zin, dat de minister jaarlijks een minimum-bedrag
vaststelt. Maar het Koninklijk Besluit waarbij deze nieuwe regeling in
werking zal treden, is nog steeds niet afgekomen. Verder spreekt het
college in het raadsstuk nog over een jaarlijkse verhoging van 10%, over
omliggende gemeenten en over het centraal bureau voor de statistiek,
maar het coliege moet de administratiekosten beoordelen en moet treden
in de toestand zoals die op de scholen in Heemstede is. Over de juistheid