34
27 januari 1972
Het verwondert wethouder WiUemse een beetje dat de fractievoorzitters
een brief hebben gekregen van omwonenden. Het is namelijk zo dat spreker
persoonlijk, omdat de burgemeester op die dag verhinderd was, hem heeft
waargenomen in een gesprek met een afvaardiging van de omwonenden
van de Van Merlenlaan enz. Een heel prettig gesprek overigens, hoewel
men niet helemaal tot elkaar is kunnen komen. Het slot van het gesprek
was dat de afvaardiging hem heeft toegezegd dat de bezwaren op schrift
zouden worden gesteld en aan het college worden gezonden. Naar spreker
zojuist heeft gehoord is de brief vandaag ter secretarie binnengekomen.
Vooruitlopend op het binnenkomen van die brief heeft spreker aan enkele
deskundigen van de sportstichting en openbare werken gevraagd om ook
hun gedachten eens te läten gaan over de ruimte die daar vlakbij gelegen
is. Spreker heeft daar nog geen officieel rapport van binnen gekregen,
maar de eerste indruk is niet ongunstig. Dus het college zoekt naar een
mogelijkheid dat men zowel de ijsbaan daar op een goed punt kan krijgen,
als wel voor een deel aan de bezwaren tegemoet kan komen.
De heer Van Tongeren merkt op, voorzover hij nu kan zien, een ijsbaan
helemaal geen storende invloed lijkt te hebben, maar juist een zeer leven-
dige invloed op deze buurt. Maar spreker kan zich voorstellen dat mensen
er anders over denken, en daarom gelooft hij dat men zo spoedig mogelijk
moet zien wat exact de consequenties zijn voor het gehele terrein en als
deze zaak in de commissie kan komen dan hoopt spreker dat hij het
goed kan bekijken.
De heer Jager vraagt of tegen de tijd dat dit voorstel in de raad komt
of in de commissie, dan die bezwaarden in de commissie gehoord kunnen
worden, dat zij hun standpunt naar voren kunnen brengen, omdat er voor
hen geen andere procedure meer mogelijk is.
De voorzitter antwoordt dat de vraag of de bezwaarden van de Van
Merlenlaan enz. over de ijsbaan in de commissie gehoord kunnen worden,
een onderwerp is dat behandelt gaat worden bij de behandeling van het
rapport inzake democratisering. Persoonlijk heeft spreker daar geen be-
zwaren tegen, maar een collegestandpunt kan spreker dus nog niet mede-
delen.
Gemaal Schouwbroekerpolder
De heer Jager is benaderd door een aantal verontruste bewoners van de
Wagnerkade die hem zeiden dat de gemeente plannen heeft om het ge-
maaltje van de Schouwbroekerpolder dat bij de Bronsteevaart staat, op te
heffen waardoor de waterstand in de Wagnerkade hetzelfde peil zal krijgen
als het peil van het hoogheemraadschap Rijnland. Spreker meent dat dit
iets van 40 of 60 min AP is, en nu zegt men dat het in het verleden regel-
matig is voorgekomen door een te hoge waterstand, dat achtertuinen en
kelders onder water kwamen te staan. Zij zijn dus verontrust door de
plannen om 'het gemaal weg te halen. Spreker zou graag willen dat de
directeur van openbare werken gevraagd wordt een onderzoek daamaar
in te stellen en met name in hoeverre die angsten gegrond zijn.
De voorzitter zegt dat de Schouwbroekerpolder als polder is opgeheven,
maar dat de zorg die ten deze toch nog betracht moet worden is overge-
dragen aan de gemeente. In andere plaatsen gebeurt dit ook, dus de ge-
meente zal wel de zorg moeten ovememen die voorheen het waterschap
had en mogelijk zal het gemaal in stand moeten worden gehouden.
De heer Jager weet van informaties dat er plannen zijn om dat gemaal
te gaan opheffen en de Wagnerkade te gaan doortrekken, dus een ver-
binding te maken van de Wagnerkade met het Heemsteeds kanaal. Hij