78 16 maart 1972 II. Lijst van mededelingen en ingekomen stukken. bet d a. schrijven van de voorzitter van het centraal stembureau, ten geleide het^cc van een afschrift van het besluit, waarbij mevrouw A. K. Bernelot desbei Moens-Honig is benoemd verklaard tot lid van de raad dezer gemeente; pr0gr b. schrijven van de voorzitter van het centraal stembureau, houdende de mêt a mededeling dat mevrouw A. K. Bemelot Moens-Honig haar benoeming besPri tot lid van de raad dezer gemeente heeft aangenomen; namel c. schrijven van de voorzitter van de gemeenteraad, houdende de mede- delmg, dat de heer J. W. Beijen ontslag heeft genomen als lid van de nl gemeenteraad. meeni paald Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders worden burge d® stukken, genoemd onder de punten a t/m c, zonder hoofdelijke stem- een b ming, voor kennisgeving aangenomen. ken t grond Ila. Geldlening N.V. Bank voor Nederlandsche Gemeenten, groot die m f 142.000,(43). derhe De voorzitter deelt mede dat de commissie voor de financiën zich met Sf,?, het voorstel kan verenigen. zodat Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. seren, kunnc ni. Voortzetting van de behandeling van het rapport van de commissie seren voor democratisering (39). stelle: De voorzitter wil naar aanleiding van het gesprokene aan het slot van bracb de vorige raadsvergadering, aan de heer De Ruiter, die een vraag stelde met c met betrekking tot de bemanning van commissies, mededelen, dat bij on- Ugt, derzoek is gebleken, dat er geen beperkende bepalingen meer gelden ten Sprek aanzien van de samenstelling van de commissies, zulks op grond van de comir artikelen 61 en 62 van de gemeentewet, en volgende. Een andere zaak is zittin of het bestuurlijk logisch zou zijn om een wethouder als plaatsvervangend Inz lid te doen optreden in een commissie, die ook het college van burgemees- wens ter en wethouders adviseert. Dat is een duidelijk andere positie, dan werd bepac ingenomen onder de werking van de oude bepalingen van de gemeente- werp wet, waar in 1964 nog stond daarna is het vervallen dat het voor- bele zitterschap van bepaalde commissies van bijstand door een lid van het collej college van burgemeester en wethouders moest worden bekleed. wijze: Spreker stelt thans aan de orde punt 2 van het rapport van de commis- sie voor democratisering: de inspraak van de inwoners op het terrein van ,C ruimtelijke ordening en bij andere belangrijke bestuurlijke aangele- a genheden. word De heer Van den Briel zegt dat de kwestie van de inspraak op het ter- go°ed< rem van de ruimtelijke ordening een verschil van mening in de commis- sie ad hoc heeft veroorzaakt. Dat verschil van mening was nu niet zo ge- De weldig groot, maar in principe kwam het er op neer, dat de minderheid in f116111; de commissie van mening was, dat de eerste gedachten van het college van burgemeester en wethouders over een bepaald gebied, gepubliceerd prak1 dienen te worden in een discussie met de burgerij. De meerderheid was gez°c van mening, dat het eerste ontwerp met mogelijke alternatieven moet ?.P hf worden gemaakt door de stedebouwkundige, dat daaraa de raadscommis- tlone sies moet passeren en dat dan pas de hoorzitting dient plaats te vinden, meer De overweging bij de meerderheid van de commissie was, dat zij meenden om dat het verstandiger was om in een hoorzitting een bepaald concreet plan Sewe naar voren te kunnen brengen waar de discussie dan over zou kunnen zou c gaan. De meerderheid van de commissie zag moeilijkheden, als enige va- neu 1 ge punten, die door het college op papier waren gezet, onderwerp zouden volgc zijn van een discussie met burgers in een hoorzitting; men vreesde dat IS da

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1972 | | pagina 2