30 maart 1972 136
Rnie-e weken g-eleden verscheen er echter nog een belangwekkende nota,
alle aspecten van het stichten van een voorhaven aan een kr*ISC£®
nrhouwing heeft onderworpen. Uit dit pre-advies blijkt dat het sticnten
fan eln vJorhaven in vele opzichten ongewenst is. AUereerst betekent
het een verkleining van het recreatiegebied in Kennemerland. Er wordt
een onherstelbare inbreuk gemaakt op een uniek ^ervangbaar str^ -
en duineebied Direct verloren gaan ongeveer 2V2 km. strand. incureci
gaat ten zuiden daarvan ook een belangrijk deel verloren, doordat de
strandbezoekers om redenen van vervuiling en de directe aanblik op kra
nen en ertsopslag het aansluitend strandgebied zullen mijlen. Pfarbij
komt dat Amsterdam 200 ha. meent nodig te hebben dr. Bak dn
aan de hand van de Amsterdamse prognoses voor het jaar 2000 begroot
op 495 ha. Er zullen zich namelrjk onherroepelijk nevenmdustrieen direct
hii de voorhaven vestigen en als de voorhaven er eenmaal îs en bij
door Amsterdam geplande grootte niet rendabel is zullen mtbradmgen
zeer moeiliik tegen gehouden kunnen worden. Deze uitbreidmgen zunen
het strand- en duingebied tot aan Bloemendaal aantasten en jpreker
meent dat dit voor Kennemerland een ontoelaatbare mbreuk op het karak-
ter van de streek is. Op de tweede plaats wil spreker de ongewenstheid
benadrukken door de milieu-hygiënische bezwaren. Er zal spratezijn van
luchtverontreiniging, allereerst door de ertsoverslag, die in de wijde om
eeving stofbezwaar zal geven. Dan zou er een sterke luchtverontremigmg
ontstaan door het fors toenemende verkeer ten gevolge van de voorhaven-
activiteiten. Er zal zeker langs het strand ten zuiden van de voorhaven een
waterverontreiniging ontstaan doordat de schepen in de voorhaven afval
moîTinhet water zullen morsen. Er ontstaat een geluidshinder door
de overslagactiviteiten en ook door het sterk toenemende verkeer temge-
volge van die voorhaven. En dan is er tenslotte nog de optische veront-
reiniging door de aanwezigheid van kranen en ertsbergen, die het geb
ten zuiden van de voorhaven en ook direct er om heen, zeer onaantrekke-
liik zullen maken. Op de derde plaats zijn er de verkeers-technische
zwaren Het pendelen van de arbeidskrachten naar en van de voorhaven
zal reeds in 1985 een verdubbeling van het aantal pcrsonenau
ner uur tot gevolg hebben, volgens het rapport van ir. De Vos. Voorts zal
de doorgaande goederenstroom van voorhaven naar achterland nog eens
een belasting op de reeds overvolle wegen geven. Nieuwe wegen zullen
aangcîegd moeten worden. Een extra spoorlijn voor het goederenvervoer
lijkt onvermijdelijk. Op ontoelaatbare wijze zal het toch reeds overvolle
Kennemerland door nieuwe verkeersaders doorsneden worden. Tenslotte
zijn er de, althans die spreker hier wil noemen, maritieme bezwaren en dat
ziin eigenlijk bezwaren die Kennemerland geen hmder veroorzaken zoals
de drie voorgaande categorieën. Maar toch zijn deze bezwaren belangnj
genoeg om de twijfels over de Voorhaven te versterken en alleen ora die
reden wil hij ze noemen. Vier maal per dag kan een sclup de voorhaven
ingeloodst worden, dus zullen er wachttijden ontstaan en geen quick turn
around De manoeuvres met de schepen zijn riskant en vereisen veel dure
sleepboothulp. De maximaal mogelijke 180.000 ton îs juist voor de cate-
gorieën erts en olie in de toekomst te klein. De sChepen zullen veelal ten
opzichte van Europoort 1% uur langer moeten varen. En aan nog de bijna
niet op te lossen vraag voor de kleinere schepen: wie mag wel lossen în
de voorhaven en wie moet doorvaren naar Amsterdam „nrpn
Het liikt bijna een onmogelijke opgave om în de toekomst aan alle vore
genoemde bezwaren redelijk tegemoet te komen Het standpunt van spr -
kers fractie is dan ook dat de tot nu toe beschikbare gegevens voor haar
aanleiding vormen om de aanleg van de voorhaven te IJmuiden joorals-
nog negatief te beoordelen. Hoewel het niet uitgesloten îs dat nadere ge-