29 juni 1972
225
opschuiven van een aantal wegen; reden waarom spreker zonder profeet
te zijn zou kunnen zeggen dat rijksweg 6 het wel wint, want daar is reeds
veel tot stand gekomen. Spreker zegt dat de I.S.K. één kant van het
probleem destijds voor haar rekening heeft genomen; de tijd van onzeker-
heid en de termijn die al zeer zorgelijk naar de tachtiger jaren voor een
aantal wegen is geschoven is op zich al somber genoeg en elk winstpunt,
elke stap vooruit, zou al iets zijn meegenomen. Van provincie en rijk heeft
het college geen reacties ontvangen op de zwaar-verkeer-voorstellen. Een
zaak die zeker, omdat spreker daar geen andere medede'ling bij kan plaat-
sen, binnenkort tot rappêl-beslissingen van het college het is reeds be-
sproken zal gaan leiden.
Inzake het plaatsen van borden, houdende waarschuwing „overstekende
kinderen" zal in de komende vergadering van het college een advies van
de korpschef van de gemeente-politie aan de orde komen. Er zijn des-
tijds meerdere plaatsen geweest om over te steken. Op één van die
plaatsen is nog een markering enigszins zichtbaar. Destijds hetgeen
niet wil zeggen dat het college de zaak niet weer gaat overwegen heeft
men op grond van gevaar voor de betrokkenen op die oversteekplaatsen,
die zogenaamde officiële oversteekplaatsen, daarvan afgezien, nadat dit
dus enige tijd in de praktijk is geprobeerd, en heeft men dus gekozen
voor de beveiligde oversteekplaatsen waar de kinderen naar toe zouden
moeten worden geleid. Het gaat spreker te ver om te stellen dat het col-
iege in deze moeilijke problematiek nu eens moet gaan tonen dat het
daadwerkelijk een oplossing wil. Het college heeft van meet af aan naar
een oplossing gezocht, het college wil snel echte daden die dan ook werke-
lijk iets te betekenen hebben en dat is nu juist in deze gecompliceerde
problematiek niet alleen in Heemstede regelbaar, naar de wetenschap
die het college op dit moment heeft. Het zoveel mogelijk geleiden van
het zware verkeer is een zaak die bij het coliege als een minimale, maar
helaas ook als een maximaal haalbare zaak wordt gezien. Het college
steit zich voor dat zodra het antwoord van Haarlem binnenkomt, de
verkeerscommissie en de raad uiteraard hierover zo snel mogelijk zullen
worden geïnformeerd.
De heer Rücker verzoekt de vergadering enige momenten te willen
schorsen teneinde gelegenheid te krijgen om met de mede-ondertekenaars
van de motie nader overleg te plegen.
De voorzitter schorst de vergadering te 20.34 uur.
De voorzitter heropent de vergadering te 20.37 uur.
De heer Rücker merkt op dat het college onder meer als motief voor
haar verzoek en suggestie, om althans de mogelijkheid volledig open te
houden zonder motie deze zaak met het college van burgemeester en wet-
houders van Haarlem door te spreken, stelt het principe van de bestuur-
lijke ethiek. Spreker kan zich voorstellen dat deze gedachte bij het college
leeft, maar met alle respect meent spreker dat het al meer gebeurd is dat
bepaalde belangen voor Haarlem en Heemstede niet synchroon lopen en
de ervaring die daarbij tot op heden is opgedaan is van dien aard, dat bij
sprekers fractie toch wel enige twijfels bestaan ten aanzien van de
voortvarendheid waarmede onze noorderburen bereid en in staat zijn
bepaalde zaken af te wikkelen of helemaal niet af te wikkelen. Wan-
neer men op een gegeven moment de suggestie doet dat men dus ook
nog zou kunnen overwegen de borden op Haarlems grondgebied te plaat-
sen teneinde ook te voorkomen dat overlast wordt veroorzaakt door het
verkeer komende uit noordeiijke richting, dan stelt spreker dat dit inder-
daad zinvol zou kunnen zijn en wellicht nog meer inhoud hebben. Maar
men leeft nu eenmaal in de situatie dat men alleen in eigen gemeente de