1 februari 1973
11
dat weet hij niet. Maar hij weet evenzeer niet of het niet moet. Daarom
wil spreker met veel klem pleiten voor het inlassen van een langere proef-
periode dan 2 dagen. In de verkeerscommissie is gesuggereerd 6 maanden.
Spreker kan zich voorstellen dat na een periode van 6 maanden dit een
soort verworven recht geworden is, en dat men dan niet meer open op
zijn eigen proefneming kan reageren, en daarom wil hij van het college
vernemen hoe het zou staan tegenover een kortere proefneming van bij-
voorbeeld 2 maanden, te houden in de maanden april en mei, die als ver-
keersbeeld als normale maanden kunnen worden aangemerkt in de ge-
meente. Spreker vraagt of het college bereid is deze gedachtengang over
te nemen. Zo niet, dan verwacht hij tenzij het college zeer klemmende
argumenten voor het tegendeel aanvoert in tweede ronde met een voor-
stel dienaangaande te komen.
Mevrouw Snoep is door enige punten omtrent deze zaak in grote aarze-
ling gebracht. In de eerste plaats valt te constateren dat het verkeersaan-
bod over de Laan van Rozenburg met stoten gaat, waardoor het oversteken
van de laan natuurlijk gemakkelijker wordt. In de tweede plaats is haar
uit brieven gebleken dat niet alle bewoners van de buurt meer vöör schij-
nen te zijn, zoals eerst werd gesteld; wat daarvan de oorzaak is wil zij hier
buiten beschouwing laten. Spreekster is wel van mening dat de proef ge-
nomen moet worden omdat zij vindt dat het niet gewenst is dat er 2
doorgaande wegen op zo korte afstand van elkaar liggen en omdat zij van
mening is dat men als tegenhanger tegen de drukke doorgaande wegen
door Heemstede, moet proberen juist andere gebieden zo stil mogelijk te
houden.
Mevrouw Gaasterland brengt naar voren dat het gemeentebestuur heeft
zorg te dragen voor de belangen van âlle burgers. Het kan en mag geen
rekening houden met de belangen van een enkele groep alléén. Het ge-
meentebestuur heeft dus bij het afwegen van de belangen van één groep,
een complex van gegevens te bestuderen. In casu, kennis genomen hebben-
de van alle stukken terzake en diverse malen in ogenschouw genomen heb-
bend de gang van zaken ter plaatse, is en blijft zij geneigd het stand-
punt van burgemeester en wethouders te volgen. Om echter dit oordeel
100 gefundeerd te doen zijn, acht zij een proef van 2 dagen als bedoeld
niet geheel bevredigend. Daarom wil zij pleiten evenals haar fractiege-
noot dus voor een proefperiode van minimaal 2 maanden alvorens tot
een definitief besluit te komen.
De heer Kettenis meent dat er in deze twee filosofieën mogelijk zijn;
de filosofie die het college aanhangt, namelijk dat men principieel eigen-
lijk tegenstander is van sluiting, omdat men van de gedachte uitgaat dat
iedereen lief en leed moet delen, in dit geval het leed van de auto, van
de gassen en al wat dies meer zij en dat men dus iedereen dit leed gelijke-
lijk moet laten ondervinden. Men kan ook een tweede filosofie aanhangen,
waarbij men zegt - en dat geldt dan heel duidelijk voor Heemstede, want
dat was immers vroeger een plaats die bekend en beroemd was door zijn
rust; vele Amsterdammers kwamen hier wonen omdat het hier zo rustig
was; helaas is door allerlei omstandigheden Heemstede zo langzamerhand
verdeeld geworden in een aantal wooneilanden; met name de César Franck-
laan en de Johan Wagenaarlaan zijn wegen die niet direct prettig zijn door
de aantallen auto's die daar passeren - dat als men tegenover de achter-
grond van de snelwegen een soort compensatie wil vinden en die kan
men dan vinden door daar waar het mogelijk is eilanden te creëren die
rust geven dat men die dan ook zeker moet gaan zoeken en moet vin-
den. Het heeft hem daarom ongelooflijk veel moeite gekost om in deze een
standpunt in te nemen, want hoewel de gedachte van het college gedeel-
telijk ook door feiten gestaafd werd, vooral onder andere door politie-