29
4e afd.
22 februart 1973
AANSTELLING MILIEUCONTROLEUR.
Heemstede, 6 februari 1973.
Aan de Raad,
Zoals wij u bij de behandeling van de ontwerp-gemeentebegroting voor
1973 hebben medegedeeld, achten wij het gewenst dat een milieucontroleur
wordt aangesteld.
Deze controleur zal naar ons oordeel belast moeten worden met het toe-
zicht op de naleving van diverse bepalingen inzake de verontreimging van
bodem, water en lucht in Heemstede, voor zover dit toezicht îs opge-
dragen aan het gemeentebestuur.
Wij denken hierbij in het bijzonder aan de bepalingen over dit onderwerp
in de Algemene Politieverordening, zoals die inzake het deponeren van vuil
etc. in vaarten en andere wateren en op wegen en openbare of particuliere
terreinen (klandestiene vuilstortplaatsen), het aanbieden van huisvuil m
goed gesloten emmers of zakken, het achterlaten van autowrakken en oude
materialen op de weg, het bevuilen van voetpaden door honden.
Daarnaast zal een belangrijk onderdeel van zijn taak zijn het uitoefenen
van toezicht in het wandelbos Groenendaal.
Ook zal hij aan het publiek voorlichting moeten geven met betrekking tot
openbare hygiëne (afvoer grof vuil etc.).
Het toezicht op de naleving van bedoelde voorschriften is opgedragen aan
de gemeentepolitie en zal ook in de toekomst bij de politie moeten blijven
berusten.
Daarom is het noodzakelijk dat de milieucontroleur organisatorisch wordt
ingedeeld bij het poiitiekorps.
Hij dient een z.g. commissie van onbezoldigd ambtenaar van gcmeente-
politie te verkrijgen (artikel 4, tweede lid, van de Politiewet en artikel 141
of artikel 142 van het Wetboek van Strafvordering)zodat hij bevoegd zal
zijn proces-verbaal op te maken; zo mogelijk zal hij aan overtreders een
transactie kunnen aanbieden.
Het spreekt vanzelf dat de milieucontroleur behalve met andere ambte-
naren van de gemeentepolitie o.m. overleg zal moeten plegen met de daar-
voor in aanmerking komende ambtenaren van de dienst Openbare Werken,
voor zover deze bemoeiing hebben met het toezicht op de naleving van be-
palingen omtrent milieuverontreiniging.
Zo zal hij, indien hij vermoedt dat een inrichting in werking is zonder
of in strijd met een vergunning ingevolge de Hinderwet, dit moeten rnel-
den aan de afdeling Bouw- en woningtoezicht van Openbare Werken; het
toezicht op de naleving van deze wet zal overigens in verband met het
specifiek technisch karakter geheel tot de taak van die afdeling blijven
behoren. Wanneer hij overtreding constateert van b.v. de Wet verontreim-
ging Oppervlaktewateren of de Wet inzake luchtverontreiniging, zal hij dit
als regel moeten melden aan zijn superieuren, die dit kan doorgeven aan
de instanties die belast zijn met de controle op de naleving van die wetten.
Daar hij veel met publiek zal omgaan, zullen hoge eisen gesteld moeten
worden aan de contactuele eigenschappen van de controleur.
Verder is enig technisch inzicht zeer gewenst. Wij zullen bevorderen dat
hij een opleiding volgt voor reinigingscontroleur; deze opleiding wordt ge-
geven onder auspiciën van de Nederlandse Vereniging van Reimgmgs-
directeuren.
