29 maart 1973
92
Premie-koopwonmgen in de Geleerdenwijk
Lat De heer Kettenis zegt dat de communicatie tussen de gemeente en de
■or kopers van de premie-koopwoningen in de Geleerdenwijk moeilijik functio-
neert. Wat betreft deze woningen zijn er veel brieven gesdhreven, ook
g- door het gemeentebestuur aan de kopers. Desondanks zijn er bepaalde
;n dingen niet overgekomen. Met betrekking tot de financiering van de
koopwoningen zijn een aantal vragen blijven liggen, ondanks de hearing
ils die gehouden is voor de mensen waar deze woningen voor bestemd zijn.
ft. Zowel de Nutsspaarbank als het Bouwfonds hebben een nogal uitvoerige
de briefwisseling ge'had, zowel met de desfoetreffende mensen als met het
er college over de financiering. Iedere keer was 'het weer dat de ene instel-
et ling het nog goedkoper kon dan de andere instelling. Het college ant-
;n woordt de leden van de commissies voor openbare werken en voor volks-
îu huisvesting, dat het die concurrentiestrijd betreurt, maar spreker meent
r- dat het college daar enigszins schuldig aan is omdat het met betrekking
;n tot de lijsten van de mensen waar het om ging, nogal geheimzinnig was.
jk Alleen het Bouwfonds mocht er over besohikken, en toen de Nutsspaar-
;e bank daarover gegevens wenste in te winnen was dat niet mogelijk,
n waama zij die gegevens via andere wegen heeft gekregen. De mensen
n waar het om gaat, en dat vindt spreker in deze het belangrijkste, lijden
daar uiteraard onder en spreker vraagt daarom, om dit geheel af te
;s ronden, om die mensen nu nogmaals in een niet al te uitvoerig schrijven,
;r er op te willen wijzen dat de financieririg want dat was ook één van
[e de punten die niet doorkwamen ondanks de hearing los staat van de
toewijzing van de woningen. Dat is heel duidelijk en dat is ook in het
schrijven van h«t college wel duidelijk, maar toch zijn er een aantal
n mensen die dat niet begrepen hebben en die uit het oogpunt daarvan min
of meer gedacht hebben dat zij de financiering maar moeten regelen bij
bet Bouwfonds omdat het anders nare gevolgen kan hebben met betrek-
le king tot de toewijzing.
e De voorzitter meent dat deze zaak inderdaad voor de betrokkenen nog
niet helemaal duidelijk zou kunnen zijn. Daarom wil spreker nogmaals
duidelijk verklaren dat de financiering niets te maken heeft met de toe-
wijzing van de woningen. Dat de een wel over de lijsten van kopers zou
n mogen beschikken en de ander niet, is onjuist gesteld. Dat de verkoper
moet weten wie de kopers zijn, in casu het Bouwfonds, is logisch, maar
wanneer alle banken dit misschien zouden hebben verzocht spreker
weet niet of zij een organisatie hefoben of gezamenlijk een dergelijk ver-
zoek te doen dan was er over te praten geweest, maar spreker gelooft
niet dat het op de weg van de gemeente ligt om lijsten te gaan verschaf-
fen met namen van mensen die onderhandelen over premie-koopwoningen,
a.an wie dan ook. De desbetreffende bank zegt zelf dat men de bedoelde
lijst ook heiemaal niet nodig heeft en niet nodig gehad heeft, omdat men
eigen inlichtingenbroimen had. Spreker wil graag de suggestie van de
heer Kettenis overnemen en aan het college voorlcggen, om nog eens een
keer duidelijk uiteen te zetten hoe deze zaak in elkaar zit. De verwarring
komt ook hier uit voort, dat men twee situaties met elkaar gaat verge-
i lijken die wezeniijk anders liggen, waardoor men natuurlijk met rente
enzovoort over de eerste vijf jaar anders kan komen te zitten. De één
weet wel waar hij na die vijf jaar aan toe is en de ander niet. Ben ieder
moet dat voor zichzelf maar uitzoeken. Het college acht het in de eerste
plaats een zaak van de koper op welke wijze hij de financiering meent
te kunnen en te moeten doen eri bij welke bank. Wel wil het college pro-
beren om een duidelijke brief op te stellen om elk misverstand weg te
i nemen.
De heer Kettenis bestrijdt de opmerking dat de lijst niet geheim was,
