345
20 december 1973
te voorkomen, gelooft hij dat het voordelen heeft om deze loskoppeling
van de hoorzittingen en het college te maken.
Tot zijn genoegen heeft spreker gehoord dat de gegevens, die de politie
ter besOhikking heeft, voikomen gesioten zijn voor iedere andere instantie.
Over de bijzonder onbevredigende situatie met de interlokale wegen zegt
spreker, dat dus op dit moment de minister de provincie gehoord heeft
over het geschil dat er bestaat tussen het besluit van de provinciaie staten
en de opvattingen van de I.S.K.-gemeenten. Als gevolg daarvan heeft de
minister het provinciaal bestuur hierover gehoord; de opvatting van het
provinciaal bestuur is dus ter kennis gekomen van de minister. Spreker
meent dat het belangrijk is als de minister ook kennis neemt van de op-
vattingen van de verschillende gemeenten, die zo nauw bij deze ver-
keerssituatie zijn betrokken. In verband daarmede dient hij namens de
vijf fractievoorzitters van de gemeenteraad een motie in die luidt ais volgt:
„De raad der gemeente Hoemstede; in aanmerking nemende dat de inter-
lokaie verkeersproblematiek in steeds toenemende mate een wurgende in-
vloed krijgt op het milieu in deze omgeving; dat voor het nemen van
passende maatregelen door de minister kennis van het standpunt van de
gemeenten van Zuid-Kennemerland noodzakelijk is naast het standpunt
van het provinciaal bestuur van Noord-Holland; verzoekt aan het college
samen met andere gemeenten er met klem bij de minister op aan te
dringen op korte termijn een gesprek te hebben met deze gemeenten
over de gewenste wegenstructuur in Zuid-Kennemerland."
De heer Riicker zegt dat de heer Van den Briel heeft gesuggereerd
om in bepaalde gevallen een hearing onder een neutrale leiding te houden.
Met alle respect voor de wijze waarop de voorzitter van het college een
hearing leidt spreker hoopt dat er geen enkel misverstand bestaat over
de waardering dienaangaande zou spreker zich kunnen voorstellen dat
in bepaalde gevallen, vooral in discutabele gevallen die in het gemeente-
iijk verband nogal wat emoties kunnen oproepen, ergens uit psychologische
overwegingen een neutrale voorzitter een hearing zou kunnen leiden. Dit
neemt bij ;het publiek toch min of meer het al of niet reëel aanwezige ver-
moeden weg dat ergens het pannetje al lang op het vuur heeft gestaan
en het hapje alleen nog maar te consumeren is. Spreker acht dit een ge-
dachte die hij gaarne nog eens bij het college ter nadere overweging wil
neerleggen.
Naar aanleiding van de opmerking van de heer Brandsma dat ook de
regering haar uitgavenpakket enigszins zal moeten beperken, merkt
spreker op dat als de regering onder de huidige omstandigheden meent
een grote druk op de samenleving te moeten leggen in het beperken van
de udtgaven, op de regering de duidelijke plicht rust om minstens op de-
zelfde wijze haar uitgaven in te perken. Tot op heden heeft spreker in de
uitlatingen van de ministers die dit regardeert nog niet de volledige be-
reidheid daartoe kunnen beluisteren.
Ook spreker kan de gedachten van de heer Brandsma ook de heer
Van den Briel heeft dit reeds opgemerkt ondersohrijven van de wense-
lijkheid om het publiek de mogelijkheid te bieden zich op betere wijze dan
thans het geval is naar het station te begeven, hetgeen temeer klemt nu
het motorisch verkeer wordt ingeperkt.
De heer Brandsma heeft opgemerkt dat bij de oplossing van het pro-
bleem van de volkshuisvesting bepaalde bevolkingsgroepen bepaaide
privileges hebben; als die nu eens zouden wilien meewerken, dan zou aan
het probleem van de volkshuisvesting een duidelijke positieve bijdrage
kunnen worden gegeven. Spreker zou gaame van de heer Brandsma een
nadere precisering horen van hetgeen hij eigenlijk bedoelt.
De heer iDe Ruiter heeft opgemerkt dat de kwestie de van Burgemeester
van Lennepweg wat hem betreft niet zo'n haast heeft. Spreker meent dat
er natuurlijk wel problemen zijn de heer Van Wijk heeft dit ook reeds