20 december 1973 312 Ziet het er naar uit, dat de gemeenten op het gebied der belastingheffing wat meer armslag krijgen en iets meer baas in eigen financiën mogen spelen, bij de prijzen voor gas, water en elektriciteit hebben wij het ge- voel, dat we braaf mee mogen dansen op deuntjes die heel hoog ergens in den Haag of Brussel of op de bureaus van de oliesheiks in Arabië ge- speeld worden. Vooral bij het gas een bijzonder ingewikkelde en onaan- gename toestand en het is eigenlijk zeer ongewenst, dat met dit primaire verbruiksartikel zo gemanipuleerd wordt. Een enigszins betrouwbare planning op dit gebied is vooral nu volkomen onmogelijk. In de laatste jaren zijn de algemene beschouwingen niet compleet zonder enkele woorden te wijden aan het gewest en de Kennemerraad. Het lijkt mij juist er nu niets over te zeggen: Wij hebben die Kennemer- raad opgericht en moeten de leden ervan de tijd geven zich te oriënteren in deze hele nieuwe materie, waar bijzonder veel schoonklinkende en sChoonschijnende theorieën over bestaan, maar waar de praktijk echt niet zo eenvoudig is, zelfs al zouden alle gemeenten voor 100% meewerken met alles wat deze Kennemerraad wii. De Commissaris van de Koningin maakte bij de opening van het ver- nieuwde raadhuis een interessante opmerking over Amsterdam, van zijn kant zéér terecht. Maar het lijkt mij toch wel, dat de zaak iets anders ligt en het niet zozeer zich opstellen tegenover Groot Amsterdam is, als verdedigen van de eigen invloedssfeer van Kennemerland. In dit gebied geiden in de eerste plaats de prioriteiten van Zuidkennemerland en daar- na zullen we, niet uitsluitend naar ons eigen voordeel kijkend, de belangen van Amsterdam erin beoordelen. Met als criterium de economie en het milieu van ons gewest. Terugblikkend op bijna 3% jaar werk van deze raad kunnen we zeker constateren, dat er in goede samenwerking van de raadsleden onderling, met het college van burgemeester en wethouders en met de ambtenaren van de gemeente heel wat bereikt is. In de raad waren we het wel eens grondig oneens met elkaar, maar de goede bedoeling van de tegenstander stond altijd vast en daar twijfelde geen onzer aan. Er zijn een aantal noodzakelijke maatregelen niet uitgevaardigd: om- dat deze tot de verantwoordelijkheid van hogere bestuursinstanties horen, of omdat er geen geld voor was of omdat het college nlet ailes doet wat wij raadsleden willen: er is nog steeds geen woningkarthoteek, en zo blijft er altijd nog werk te doen. Onze fractie hoopt dat de nieuwe raad die 1 september a.s. in functie treedt dezelfde goede samenwerking en sfeer zal vinden als de huidige in het belang van Heemstede." De heer Rücker „Leer mij, o Heer Toch daag'lijks meer Mijn mond maar dicht te houden Tot op de dag hetzij vroeg of laat Dat ik Eind'lijk weet waar ik over praat" „Het zou mogelijk kunnen zijn, Mijnheer de Voorzitter dat mijn gehoor veronderstelt dat de filosofie welke achter deze wijze dichtregelen schuil gaat, betrekking heeft op de huidige landspolitiek. Ik stel er eohter prijs op te verklaren dat zulks op dit moment een misvatting zou be- tekenen en ik slechts de door de dichter voorgehouden spiegel voor mijzelf probeerde te gebruiken bij het opstellen van deze Algemene Beschou- wingen; zulks als opening van de Begrotingsbehandeling 1974. De ruimte waarbinnen dit jaarlijks terugkerend hoogtepunt in de ge- meentelijke huishouding zich pleegt af te spelen is een geheel nieuwe. Wij zitten zoals we hier thans tesamen zijn, in een nieuw pak gestoken en wij allen weten uit ervaring dat een nieuw kledingstuk eerst eens zich wat

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1973 | | pagina 9