2e afd. 21 december 1973 1 29
ving tezamen op de gewone dienst der gemeente-begroting
een bedrag zal komen te drukken van naar schatting 225.000,
Voor verbetering der openbare verliöhting wordt telken-
jare een bedrag door uw raad ter beschikking gesteld van
rond 50.000,Aan rente en afschrijving betekent dit 6.500,—
Voor de verlichting van de sportparken werd vorig jaar
in het meerjarenplan gerekend met een bedrag van
150.000,Het is inmiddels gebleken, dat voor dit be-
drag ook het zwembad van een verlichting kan worden
voorzien. Rente en afschrijving kunnen worden begroot op 19.500,
Jaarlijks wordt in het meerjarenplan rekening gehouden
met een bedrag van 200.000,voor sanering van de
Raadhuisstraat. Rente en afschrijving belopen 22.500,
Totaal 498.500,—
Het bleek niet mogelijk bij het huidige belastingniveau het hierboven
genoemde bedrag beschikbaar te krijgen, zodat wij ons hebben moeten
beraden over een verhoging der belastingen.
Als de het meest voor de hand liggende bron voor het verkrijgen van
meer inkomsten zou op het eerste gezicht de straatbelasting kunnen
worden gezien, te meer omdat een verhoging van deze belasting vorig
jaar achterwege is gebleven en dus geen aanpassing aan het gestegen
prijspeil heeft plaats gehad.
De straatbelasting behoort evenwel, met de personele belasting en de
grondbelasting, tot de belastingen, welke met de invoering van de on-
roerend-goedbelasting zal komen te vervallen. De opbrengst van de on-
roerend-goedbelasting nu zal voor wat de zakelijk gerechtigden betreft
niet meer mogen bedragen dan 15% van de algemene uitkering uit het
gemeentefonds minus het uitkeringsonderdeel sociale zorg. Uiteraard zal
het streven er op dienen te zijn gericht de opbrengst van de onroerend-
goedbelasting niet minder te doen zijn dan van die belastingen waarvoor
zij in de plaats treedt.
Reeds bij de huidige opbrengst der straatibelasting wordt het genoemde
plafond voor wat betreft de zakelijk gerechtigden, van wie de straat-
belasting geheven wordt, doorbroken, zodat verhoging van dit tarief
weinig zinvol is.
Wij hebben daarom voor een versterking der middelen gekozen voor
de invoering van de rioolrechten, welke rechten naast de onroerend-goed-
belasting geheven kunnen worden.
De rioolrechten kunnen geheven worden öf van de zakelijk gerechtig-
den ôf van de feitelijke gebruikers 6f van ieder van deze twee groepen
een bepaald gedeelte. Dezer dagen zal u een voorstel worden aangeboden
tot invoering der onroerend-goedbelasting. Deze belasting zal dan met
ingang van 1 januari 1975 geheven kunnen worden.
In verband met de vele voorbereidende werkzaamheden die aan de in-
voering dezer belasting verbonden zijn zal de heffing van de rioolbelasting
op zo eenvoudig mogelijke wijze dienen te geschieden en zal om deze
reden met name heffing van de gebruikers in 1974 achterwege moeten
blijven. Zij zal dus, evenals de straatbelastlng, van de zakelijk gerechtigden
op onroerend goed worden geheven tot een bedrag van 5% van de kada-
strale opbrengst. Materieel gezien betekent dit dus hetzelfde als ware de
straatbelasting verhoogd van 15% tot 20% van de kadastrale opbrengst.
Zodra de onroerend-goedbedasting zal zijn ingevoerd zal aan uw raad een
voorstel worden gedaan er toe strekkend de aan rioolbelasting te betalen
bedragen mede of te stemmen op de hoeveelheden afgevoerde stoffen en de
belasting ook door de gebruikers te doen betalen.
11