132
3e afd.
21 december 1973
HEFFING RIOOLBECHT
Heemstede, 9 oktober 1973.
Aan de Raad,
In de u tegelijkertijd aangeboden nota inzake de begroting 1974, hebben
wij u de redenen uiteengezet, die er toe hebben geleid om u voor te stellen
met ingang van 1974 over te gaan tot invoering van een rioolbelasting.
De hiertoij aangeboden ontwerp-verordening gaat uit van een heffing
s ten laste van de eigenaren. Vele gemeenten heffen deze belasting tot een
gelijk bedrag per perceel. Wij menen dat een gedifferentieerde heffing
billijker is. Er zijn enige methoden om tot deze differentiatie te komen.
Na ampele overweging stellen wij u voor uit een oogpunt van doelmatig-
heid en werkbesparing gebruik te maken van de kadastrale opbrengsten.
Deze grondslag wordt ook gebruikt voor de straatbelasting. Wij stellen
ons voor, wat 1974 betreft, bij de heffing van straatbelasting en riool-
belasting gebruik te maken van één aanslagbiljet.
Om complicaties bij deze gecombineerde uitvoering van beide heffingen
zoveel mogelijk te vermijden, hetoben wij een verordening ontworpen, die
in grote lijnen overeenkomt met de bestaande straatbelasting-verordening.
De afwijkingen, die u zult constateren, vinden hun oorzaak in de nieuwe
wettelijke bepalingen, waaraan de belastingverordeningen zijn onderwor-
pen ingevolge de Wet van 24 december 1970 (Stb. 608).
Xn de toekomst zal voor de rioolbelasting een andere grondslag moeten
worden gebruikt. Immers na het verdwijnen van de grondbelasting zal
het Kijk geen opbrengsten meer in het kadaster vermelden. Wellicht dat
dan de economische waarde gehanteerd bij de onroerend-goedbelastingen
een geschikte maatstaf kan vormen.
De voorgestelde heffing is een retributie terzake van de gemeentelijke
riolering toedoeld in artikel 277 van de gemeentewet. Krachtens artikel 279
van de gemeentewet mag de heffing niet hoger zijn dan om een matige
winst aan de gemeente te verzekeren.
In artikel 7 van de ontwerp-verordening is het tarief gesteld op 5%.
Bij dit percentage kan de opbrengst worden geraamd op 200.000,—.
Inzake de riolering is in 1973 uitgegeven 242.887,38, terwijl voor
1973 en 1974 een uitgaaf is geraamd van resp. 274.520,en 338.906,
De heffing tolijft dus ruimschoots binnen de door de wet gestelde grens.
Wij stellen u voor over te gaan tot vaststelling van bijgaande ontwerp-
verordening.
Burgemeester en wethouders van Heemstede,
De secretaris, De burgemeester,
J. M. Kruitwagen. W. H. D. Quarles van Ufford.