31 januari 1974 11 Ieder percentage is arbitrair, ook het percentage van 75, maar gezien de verhouding die nu gekozen is, is sprekers fraktie voorstandster van het aanvaarden van het voorstel van het coilege en het niet aanvaarden van het voorstel van de heer Jager. Spreker merkt op dat alle jaren dat hij gepleit heeft voor een rege.- matige aanpassing van de tarieven, hem met evenveel klem is toegevoegd dat dit niet zou mogen en dat gedeputeerde staten een dergelijke veror dening niet zou accepteren. Daarom vraagt hij of het college verv/acht dat deze bepaling inzake de school tandverzorging wel zai worden toege- staan, of dat dezelfde moeilijkheden zullen ontstaan die de wethouder voor de financiën, geassisteerd door zijn ambtenaren, ieder jaar in- zake een jaarlijkse aanpassing van de huisvuiIrech.ten heeft aangevoerd De heer Van Emmerik is, evenals meerdere leden van zijn fraktie, vöör aanpassing van tarieven. Hij is ook.voorstander van een regeima- tige aanpassing, maar hij wil, gezien de aanpassing die nu al voor 1975/1976 besloten zou worden, deze zaak gaarne voor hetvolgend jaar openlaten voor een overweging en een beoordeling, waarbij dc.n, mis- schien afhankelijk van.de omstandigheden, wel zal biijken dat het /5% zal moeten worden, maar dat zal men dan te zijner tijd wei zien. De heer Van den Briel zou er aan de ene kant wat voor voelen om deze zaak nu niet vast te ieggen, maar in een raadsvergadering het voigend jaar daarover te laten beslissen. Aan de andere kant is die 75% toch wel een percentage waar men 'an9" zamerhand naar toe zal moeten gaan, gezien ook de opvattingen van de ziekenfondsen. Wethouder Verkouw wil met enige reserve nog naar voren brengen dat als nu ingestemd wordt met 75%, het dan in de lijn der verwachtingen ligt, dat de bijdrage van de ouders dan volgend jaar zal schommeleri tussen 45 en 5cfgulden. Dat betekent dus nu een verhoging van 28 naar 35 gulden en volgend jaar van 35 naar 45 50 gulden. Wethouder Van Ark antwoordt op een desbetreffende opmerking van de heer De Ruiter over het niet accepteren van een verhoging door gedeputeerde staten, dat dit betrekking had op een belastirigverorde- ning; bij een belastingverordening mag dat namelijk met. Maar thans is geen belastingverordening aan de orde; het gaat nu om een vergoeding voor verrichte diensten. Een automatische verhoging is bij een belastingverordening dus niet toegestaan, die moet altrju vastgesteld worden. De heer Van Emmerik vraagt of dit geen tariefstelling is dieaan het ministerie van Economische Zaken gemeld moet worden. Met andere woorden, als de raad zou beslissen om naar 75% te gaan. betekent dai. dan, zo vraagt hij, dat een redressering vanuit Den Haag er in kan zitten? De voorzitter zegt dat als de heer Van Emmerik bedoelt of men nu reeds in een beschouwing zal gaan treden voor wat v<e yolgend jaar gaan doen, dit niet volgens de richtlijnen zou zijn die we hebben ontvangenAan de andere kant heeft spreker ook geen voorbeeld wat als tegenbewijs kan gelden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1974 | | pagina 11