22 30 mei 1974 situatie het hoofd te bieden. Naar sprekers oordeel zijn dit de kern- vragen wâar het in deze interpellatie om gaat en gaarne verneemt hij dan ook hierop, naast het oordeel van de burgemeesterhet oordeel van anderen uit deze raad. Wat betreft vraag 6 mêrkt hij op dat hem inmid- dels is gebieken dat het op zich juist is dat ten tijde van de ontrui- ming personeelsleden het terrein niet konden betreden, anderzijds is echter eveneer.s gebleken dat er was zoragedragen voor voldoende perso- neel door de aanwezigheid van medewerkers van andere inrichtingen die onder ue Oamëi de Erouwerstichting ressorteren. Dit betekent dat'deze vraag naar zijn oordeelalthans in deze raad, niet meer besproken hoeft te woraen. Wat betreft vraag_8 wil spreker eerlijk erkennen dat deze vraaq is in- gegeven door wellicht een al te emotionele eerste reaktie op de situa- fî..1® Zlch ln de nacht van maandag op dinsdag op de Hartekamp en polîtiebureau voordeed. Net als de overige is deze vraag, gezien het spoedersende karakter, dan ook in dezelfde nacht uit de pen gevloeid. Wel houdt hij staande dat de essentie van de vraag besprekinq behoeft Hij is echter van mening dat dit los gezien moet worden van de proble- matiek die hij met de overige vragen aan de orde heeft wilien stellen. ler wil.e van de zuiverheid van de discussie verzoekt hij aan ook deze vraag vooralsnog als niet gestel.d te beschouwen De voorzuter verzoekt hij voorts de inhoud van deze vraag aan de orde Sj ln de C0!llnissi'e voon algemene bestuurszakenin het kader van de discussie die naar sprekers oordeel daar gevoerd zal moeten worden over de verhouding tussen raad en college en zijn voorzitter naar aanleiding van het rapport "Een goede raad" van de commissie posi- tie raadsIeden van ae Vereniging van Nederlandse Gemeenten. TensiotLe vraagt hij, naar aanieiding van een aantai telefoontjes die hem hedenmiddag bereiktenof de voorzitter kan mededelen, in het belang van zowel de politie als van de burgerij in Heemstede, die over zijn politie welUcht verkeerd wordt voorgelicht, of hij nader wil laten onderzoeken °l lnefedel 1R9 ln het Haarleras Dagblad over de uitlatingen van een lid van het Heemsteedse politiekorps over één van de bezetters juist is en 2?.Jf°f, hlJ,dan ook maatregelen treft, en zo neen, of hij dat dan'pu- bliekelijk wil rechttrekken. De voorzitter stelt hetin de eerste plaats op prijs te verklaren dat nem geen gronden bekend zijn waarop hij de beantwoording van de vragen als in strijd met het openbaar belang zou raoeten nalaten. Tevens geeft lnterpellatie hem een extra gelegenheid zijn grote waardering uit te spreken tot de korpschef-hoofdinspecteur, het kader en personeel van ons gemeentelijk politiekorps en het bijstandverlenend personeel van het Haarlemse korps, voor de rustige, overwogen, bekwame wijze van optreden, in casu bij de aanhouding en voorgeleiding van personen op een schaal die ge.ukkig alhier niet een alledaags verschijnsel is en evenmin hope- Iîjk wordt. r In antwoord op vraag 1 zegt spreker dat op verzoek van en na overleq met e voorzitter van het bestuur van de Daniël de Brouwerstichting justitie en politie aanwezig waren op en in de nabijheid van de Hartekamp, in verband met het besluit van het bestuur van genoemde stichting de bedoel- de bezetLing niet langer te gedogen. Drieërlei verantwoordelijkheid moet hierpij worden onderscheiden. Ten eerste de verantwoordelijkheid van het oestuur, alaaar aanwezig c.a. vertegenwoordigdvoor zijn besluit als bovengenoemd. Ten tweede, de justitionele verantwoordel ijk.heid voor poli- tioneel optreden als gevolg van op heterdaad gekonstateerd gepleegd mis-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1974 | | pagina 22