4e afd.
27 juni 1974
82
ring
B.en W.
Onthef- 2.
fing
B.en W.
Artikel 93.
in andere gevallen dan die waarin artikel 14 van het Reglement verkeers-
regels en verkeerstekens van toepassing is, is het verboden een fiets,
een bromfiets, een motorvoertuig en des nachts een onbespannen rij- of
voertuig op of aan wegen onbeheerd in stilstand te hebben, zonder dat
het wordt bewaakt of voor onmiddellijk gebruik ongeschikt is gemaakt.
Artikel 94.
Onthef- 1. Het is de eigenaar, houder of bestuurder van een voertuig met een
nnn lengte van meer dan 6 meter of een hoogte van meer dan 2 meter ver-
boden dit tussen zonsopgang en zonsondergang te doen of te laten staan
bij, voornaast of achter een bewoond perceel op zodanige wijze dat
daardoor het uitzicht vanuit dat perceel voor de bewoners op hinder-
lijke wijze wordt belemmerd.
Het is de eigenaar, houder of bestuurder van een voertuig met stank-
verspreidende stoffen verboden dit te doen of te laten staan daar,
waar omwonenden daarvan hinder of overlast kunnen ondervinden.
3. De in het eerste en tweede lid onischreven verboden gelden niet gedu-
rende de tijd die nodig is en gebruikt wordt voor het onmiddellijk
in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden en
lossen van goederen.
Artikel 95.
Hij die een hem niet toebehorende zaak van enige waarde op een weg, in
een openbaar water ofj'n een voor het publiek toegankelijke ruimte of
piaats vindt, is verplicht daarvan zo spoedig mogelijk, aoch in elk ge-
val binnen 24 uur kennis te geven aan een ambtenaar van politie.
Artikel 96.
1. Het is verboden bij brand of brandgevaar, ongeval of ramp onbevoegd
enig goed verder van de brand of de bedreigde plaats te vervoeren
dan noodzakelijk is.
2. Hij die bij brand, brandgevaar of ongeval enig goed onder zijn bewa-
k*ng neemt of krijgt, is verplicht hiervan binnen tweemaal 24 uur
kennis te geven aan de rechthebbende of een ambtenaar van politie.
Artikel 97.
Het is verboden een elektrische buitenleiding wederrechtelijk aan te
raken of in het qngerede te brengen, dan wel op of over een dergeiijke
leiding voorwerpen of stoffen te werpen.
Artikel 98.
Het ts verboden tunnels, telefooncellen, abri's en andere dergelijke voor
het publiek toegankelijke ruimten te gebruiken voor andere doeleinden dan
waarvoor deze bestemd zijn.