18
27 juni 1974
misschien wat te academisch is. Zijn fraktie wil oplossingen, die' de
raad op korte ternnjn worden voorgelegd, zodat deze nog in de komende
îecc°înü9S 9 kunnen worden opgenomen. Het totaie bedraq van
i 65.000,-- wijkt wel heel wat af van de f 25.000,— van de eerste
ramingDaar moet toch een verkiaring voor zijn. Als men in de indus-
tr'® plotselîng een begroting overschrijdt van f 25.000,— naar
f 65.000, dan moet men daar een duidelijke verklarinq voor qeven.
preker îs met de C.D.A. van mening dat men nu stap voor stap moet
gaan en dat deze ramingen zeer zeker niet overschreden mogen worden.
Als ze dreigen overschreden te worden, dan zal eerst goedkeurinq qe-
yraagd moeten worden voordat met het werk wordt voortgegaan. Persoon-
njk acht spreker het nog helemaal niet zeker dat de derde fase ge-
reaîseerd zai worden. Wanneer men nu reeds schetsen kan krijqen van
deze moeinjke kruispunteri en van opiossingen van erffuncties in de
straten van de woonwijken, dan gelooft hij dat er heei wat werk te
oen js en dat heu ook neel wat geid zal kosten. Dan moet eerst daar-
aan aandacht worden gegeven, opdat dit zo snel mogelijk kan worden
?eï ea lseerd, waarna de volgende stap kan worden genomen, d.ie stel-
ng nog veei meer geld zal kosten omdat dat veel grootser opqezet
za1 moeten woraen. Wanneer men denkt aan een realîsering van dit pro-
jekt na de derde fase, dan is spreker bang dat de kosten daarvan zo
noog zullen zijn dat het de raad zal afschrikken om er mee te beqin-
nen. a
Tenslotte vraagt spreker of Stad en Landschap zich kan verplichten
zicn i.e houden aan de ramingen die ze nu hebben gedaan voor de tweede
De heer Van Tongeren meent dat niemand aan de waarde en noodzaak van
het verkeersstructuurplan twijfelt. Vanaf de entree van zijn fraktie
in de raad heeft zij gepîeit voor struktureîe aanpak van veîe pro-
olemen m onze gemeente. Spreker was dan ook verheugd toen vorig jaar
oe uiteindelijke aanpak van een verkeersstructuurplan in de commissie
kwam. Dat probleem zou tenminste grondig. en pîanmatig aangepakt wor-
aen en, naar hij toen hoopte, voornamelijk door een zeer intensieve
oestudering door de raadsîeden en r.et gezamenlijk zoeken van de raads-
eden naar opiossing. Ook spreker zag wel in dat hierbij een steun in
de rug van desKundigen nodig was. Maar hij was toen huiveriq voor een
to.aîe overdracht aan Stad en Landschap. Primair moest het een taak
van de autochtone raadsîeden zijn; participatie in optima forma. A1
ras bleek dat de heer Streefkerk gezonae vooruitstrevende ideeën
over de aanpak en dac in onze gemeentelijke organisatie meer ont-
zag s voor een advies van een duur betaald en imponerer.d instituut
dan voor de îekenpraat van raadsleden. Het doel moet bereikt worden
en de financiele.deskundigen maakten geen bezwaar, dus is de raad
toen akkoord gegaan. In de commissievergadering van 7 mei 1973 is als
voorlopige opgave gesteld dat de eerste fase f' 18.000,— zou qaan
yosten, de tweede cycîus gemiddeld f 27.000,--, terwijl de derde fase
tussen de 5.600,— en de f 20.000,-- îag, aî naar gelang de zelf-
werkzaamheid van de gemeente. Als men de derde fase gemiddeld veiîig
op f 15.000,— stelt, dan is dat een totaal van f 60.000, pîus
r9cnCnnnten sn b-t-w- ongeveer f 20.000,een totale post van
f 80.000,-- voor het heîe verhaal.
