^®S3SS5®ÎE?
ïïsrioi7„ KW'»
ïäm 3; S e r ï-
SÄ'îS ™S-iSSi Ä5S. 1. ^»»»-
SSTfK ÎS14ÎÄÏ trSTJ'äS 5U*
wel 1 icht «11 de heer Klrschbaum daar ,e« "aders o»er £9|! d
programma te komen.
De voorzitter geeft de heer Streefkerk van Stad en Landschap gelegen-
heid om e"ërTtöiTichting te geven.
De heer Streefkerk antwoordt op de_vraag van de heer Kjrschbaum o, de
derde fase wëTfiöairis, dat d"i,e al11- De m°en
zafanijdlÄafin concrete°matenplannen, werktekeningen en begro-
!!3iï de vraag^van^de^heerbjager wat^ een^minimum-programma i^s^ meent
hetgeen dus de plaatselijke situatieverbetermgen zijn.
De voorzitter merkt op dat punt D, de verwerking, die dus op de ana-
lyse sTäat, zonder meer bij het mnmmum-programma behoort.
27 juni 1974 2l
staan. Daarop moeten we natuurlijk attent zijn.
De heer Jager merkt op dat uit het voorstelvan het college blijkt
dat de kostën-vöor een mimmum-programma f 44.CuO, bedrag
mmwmsê&imm:
zulien zijn hnicche voorstellen voor scheiding c.q. dosenng
omgeving. Punt 5, techmsche voorste d Zandv00rtselaan,
van doorqaand verkeer en plaatsenjK ver^eer up utr