33
in de gemeente en in mijn famil ieleven, stond ik er ineens voor °m mijn
afscheidszang te zingen en ik moet u zeggen dat mijn stem me deze
nogal eens in de steek heeft gelaten. En nu besef ik ook wel waarom
Als je afscheid neemt van een goede vrier.d of een dierbaar famil îel id
tijdeiijk of voorgoed, dan is dat het verbreken van tweezijdige banden
die vrij eenvoudiq iiggen, maar het afscheid nemen als raadslid bete-
kent het einde van een complex van zoveel verhoudingen in de eerste
plaats die met de burgerij, een relatie die me zeer na aan het nart heeft
qelegen, een reiatie met het college, met de col1ega-raaasleden, raet
fraktiegenoten en met het ambtenarenkorpsAan al deze ^rhoudingen be-
waar ik de beste herinneringen. Zij hebben veel betekend in mijnleven.
Ik heb me gevoeld als lid van een grote famiiTe, gebonden door een de-
vies: het belang van Heemstede. Als er vreugde was of leed van de hele
familie of van enkele leden, dan zijn we allemaal verheugd geweesr en
allemaai dieD bewogen. Vooral de sfeer aie ik 11 jaar lang heb mogen
ondergaan is'mij geweest tot vreugde en steun. Ik ben gerust dat uw
wijsheid, uw taktisch optreden, uw bewogenheid garant zullen zijn voo.
het behouden van deze sfeer. De zittende raadsleden zuilen u hierin
schraqen. Ik ken ze daarvoor door en door en voor de nieuwe raadsleden
moge dit besef, deze verzekeringen dat deze steer zo bijzonder goeu
was, hun debuut vergemakkelijken.
Ik neem afscheid met de wens dat het u, het aanstaande col ege en de
nieuwe raad gegeven mogen zijn eendrachtelijk samen te werken m e.
beianq van onze gemeente.
Mijn warme belangstel1ing en diepe genegenheid zullen u blijven volgen.
(applaus)
mi inheer de voorzitter.
Maar de pers - de koningin der aarde wel genoemd - is ons în zoverre
een slaq vôôr geweest dat hier drie scheidende wethouders achter
tafei zitten, die zoveel aan de krant hebben prijs gegeven dat er nu
al goede vrienden zijn die zeggen: gunst, dat heb îk nooii. geweten.
Als ik dan toch nog wat wil zeggen vanmiddag dan doe îk dat met grote
schroom, cmdat er een zeker risico inzit dat je jezelf nog meer gaa.
oppoetsen dan u al gedaan hebt, of aan de andere kant uw woorden - en
eigenlijk zou dat moeten - wat af te zwakken, maar dat zou met "ra,g
ziin teqenover u en deze bescheidenheid zou mij met als deugd worden
aangerekendMaar als ik mij waar maak hoeveel goede woorden in de
1 aatste weken in talloze vergaderingen - en met aileen woorden - tot
mij zijn gericht, dan moet ik u wel zeggen dat i< verrast ben, onthutst
en beschaamdU hebt gezegd: geen grote woorder,, maar toen u mij öe
erepenning overhandigde - je hoeft je daar niet vocr te genere,,, en u
zult dat misschien ook gemerkt hebben - was ik ontroerd.
Van een Griekse generaal gaat het verhaal dat hij na een uoespraak ten
qrote ovatie kreeg en toen aan zijn vrienden vroeg: heb îk dan tocn
zonder het te weten iets miszegd? Bij alle lofuitingen die aan ""J"
adres zijn toeqezwaaid, vraag je je zelf oo< af - ik heb dat de laatste
daaen dus gedaan - heb je je standpünt wel goed overgebracht. Heb je je
overtuiging, die bij mij door een christelijke 1evensopvatting werd ge-
voed, wel goed naar buiten gebracht? Want zo dat zo mocht zijn, nad die
dan niet dikwijls en vaker weersproken moeten worden en had men met
29 augustus 1974
Wethouder Verkouw: "Eigenlijk had ik vanmiddag wiilen volstaan.^maar
dat is natuurlijk ook niet nelemaal waar, met te zeggen: dank u wel