34 29 augustus 1974 bij tijd en wijle moeten zeggen: die Verkouw is ook een lastige dwars- ligger in het politieke krachtenveld. Als je terugkijkt, en wie doet dat op zo'n dag als vandaag niet, dan weet je natuurlijk dat er ogen- blikken zijn geweest dat je gesproken hebt terwijl je beter had kunnen zwijgen, en dat je gezwegen hebt terv/ijl je beter haa kunnen spreken. Dat we altijd vergeten dat je niet altijd hoeft te zeggen wat je denkt, maar wel altijd moet denken bij wat je zegt. Straksheb ik voldoende vrije tijd om daar verder over te filosoferen, want misschien zijn er onder u die zeggen: dat is meer een verhaaltje voor een gespreksgroep dan voor een "politiek" college. Dan wil ik wel zeggen dat ik me niet graag beroep op die 70 jaar en'die grijze haren, maar ik neem nu afscheid en dan mag Tk het nu zeggen: dames en heren leden van deraad, zou het niet goed zijn als u toch eens samen om de tafej ging zitten zonder te praten over de verkeersstruktuur en de sporthal en het nieuwe gebouw voor de bedrijven en wat al niet meer, omdat - ik dacht dat de voorzitter dat ook even in zijn woorden had laten doorklinken - we elkaar toch nog maar weinig kennen, vaak tot schade van de zaak die we dierten. Tot éën van de journalisten van onze Heemsteedse kranten heb ik gezegd het als een voorrecht te hebben be- schouwd om 16 jaar aan het bestuur van de gemeente Heemstede te moqen eelnemen. Natuurlijk, wie terugziet is qeneigd om een mooie bril op zetten, het is als met een vakantiereis: wâar het weer niet altijd even mooi was en waar de stemming misschien ook niet altijd 100% was, kom je toch met sterke verhalen thuis. Ditmaal geen sterke verhalen, maar dan toch wel van mijn kant met een gevoel, met een nuchtere konstatering, van grote. vreugde en dankbaar- neid dat je wat hebt mogen bereiken en dat je woord töch goed is over- gekomen, dat je mensen en standpuntan soms tot elkaar hebt kunnen brengen. Op het spreekuur zeg ik altijd tegen de mensen dat men veel van de overheid kan verwachten, maar geen pastorale zorg, maar als je de mensen dan toch iets meer mee kunt geven dan slechts een zakeliike informatie dan is dat goed. Grote dank mijnheer de voorzitter, voor de voortreffelijke verhouding die er îs geweest in het college van burgemeester en wethouders, in de commissies van de raad, met raadsleden, met de gemeentesecretaris, met de ambtenaren, die ook niet altijd in het zakelijke vlak was, maar waarbij een vnendschapsverhouding en een openheid over en weer bestond, die alleen maar verkwikkend was. Dank ook aan de pers en heel grote dank mijnheer de voorzitter voor het toekennen van de erepenning. Ik wil daar niet verder over uitweiden, maar ik heb gedacht dat als ik zelf aan de anderekant van de tafel had gezeten en ik had als raads- nd mede deze beslissing moeten nemen, dan had ik gezegd: 16 jaar is een hele tijd, maar ergens moet er toch een grens zijn, en voor mij- zelf had ik die grens verder gelegd, en des te meer heeft het me qe- troffen dat het college, onder uw leiding, en de raad met deze toe- kenmng hebben ingesteld. Dan is er nu inderdaad afscheid, natuurlijk vermengd met een tikje weemoed om het werk en om de raensen die je los moet laten, maar toch ook met de wetenschap dat er een nieuwe ploeg klaar staat, gedeelte- lijk vernieuwd en verjongd, die het werk in het belang van de ge- meente Heemstede, en ik heb daar alle vertrouwen in, zal willen voortzetten. Dat jvanmiddag ook hier het thuisfront aanwezig mag zijn, heeft me bijzonder goed gedaan. We hebben deze week in het college gezegd:

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1974 | | pagina 34