4
26 september 1974
niet weigeren de Kalkarheffing te betalen daarin mede zullen moeten
bijdragen via de hogere elektriciteitstarieven die daarvan het ge-
volg zullen moeten zijn.
Het is immers duidelijk dat de begroting van het elektriciteitsbe-
drijf niet toelaat de heffing ten behoeve van het Rijk voor reke-
ning van dit bedrijf te nemen.
20. Brief van de heer L.N. van den Bos Sr. met enkele vragen met be-
trekking tot de snelle kweekreactor te Kalkar.
De heer Van den Bos richt zijn vragen tot plaatselijke overheden,
die in deze geen enkele invloed hebben kunnen uitoefenen en niets
anders kunnen doen dan de door de rijksoverheid genomen maatrege-
len uit te voeren.
Wij zijn van mening dat hij zich tot het parlement dient te wenden
en achten het de'rhalve niet relevant de gestelde vragén te beant-
woorden.
Wij stellen u voor de brief voor kennisgeving aan te nemen.
Mevrouw Borghouts deelt namens haar fraktie mede het niet eens te
zijn met de onder deze punten voorkomende voorstelien van het college.
De verontrusting die onder de Nederlandse bevolking leeft ten aanzien
van de bouw van de snelle kweekreactor te Kalkar is groot en deze ver-
ontrusting wordt steeds groter, zoals men dagelijks in de kranten kan
lezen.
Ook vele wetenschapsbeoefenaren van verschillende discipiines uiten
hun bezwaren tegen deze sneile kweekreactor en het zal het coilege
bekend zijn dat deze bezwaren ook geuit worden - volgens de kranten-
berichten - in de Energienota van minister Lubbers. Dit heeft geleid
tot uitstel van de bouv/ van 3 kerncentrales, omdat de veiiigheid nog
niet voldoende gewaarborgd is. Wanneer de overheid een wet uitvaardigt
die veel onrust veroorzaakt bij de burgerij, dan zullen de gemeenten,
die immers dichter bij de burgerij staan, dit eerder opmerken dan de
regering en het parlement. Het is dan gewenst dat zij deze gevoelens
van verontrusting kenbaar maken aan de regering en het. parlement.
Iedereen, ook de gemeente, heeft zijn eigen verantwoordelijkheid en
de plicht daarnaar te handelen. Dat houdt in dit geval in: de veront-
rusting die leeft naar buiten kenbaar te maken. Zij stelt dan ook voor
om dit te doen. Bovendien wijst zij er op dat het college reeds op
30 augustus 1973 heeft toegezegd zich hierover te beraden, waarbij de
wethouder zich in beginsel positief opstelde. Het college stelt:
De zogenaamde Kalkai heffing is bij de wet geregeld, De wetgever
dient dan ook een regeiing te treffen voor de principieel bezwaarden."
Is het echter niet zo, vraagt spreékster, dat de wet een verplichting
legt op de producent, namelijk op het gemeentelijk energiebedrijfen
niet op de consument, namelijk de burger? De raad heeft op 30 augustus
1973 besloten om de opgelegde heffing door te berekenen aan de burgers.
De gemeente heeft dus een regeling voor de betaiing vastgesteld en
spreekster ziet dan ook niet in waarom diezelfde gêmeente dan geen
regeling kan treffen vôor de principieel bezwaaraen. Het zal het col-
lege bekend zijn dat dit in andere gemeenten wel gebeurd is, bijvoor-
beeid in Haarlem. Zij steit dan ook voor dat het college zich gaat
beraden over de instelling van een fonds voor milieubeheer, waarin de
principieel bezwaarden een bedrag gelijk aan de zogenaamde Kalkar-
heffing kunnen storten. Het argument dat een dergelijk fonds de elek-