31 oktober 1974
23
zichten zeer sterk lagen op het terrein van het echte milîeubeheer,
van de echte mi1ieucontrole en zelfs op het educatieve element dat
deze milieucontroleur naar sprekers gevoel zeker zou moeten bezitten,
en voorzover is kunnen nagaan ook wel zal kunnen bezitten. Spreker
is al vanaf het begin daarop attent geweest en acht het een duide-
liike zaak dat als hij al vöör de aanstelling van een milleucontro-
leur daar zwaar het accent op legt, hij daarop zeker bij de uitoefe-
ning van zijn ambt het oog zal houden. iD,,,au0n
De heer De Ruiter heeft nogmaals gesuggereerd dat deze }eu^ke"
eiqenlijk in twee commissies zouden moeten worden behandeld. Spreker
staat daar volkomen achter en meent dat ook de voorzitter daar we
achter zou kunnen staan, ook al omdat een behandeling van deze zaken
in beide commissies natuurlijk een deraocratische zaak îs, maar ook
omdat dan des te meer zekerheid kan bestaan dat de milleucontroleur
niet een eenzijdig facet van zijn taak, aileen de politionele taken,
voorop stelt. Dan zouden deze commissies ook în die zin een kontro-
lerende functie kunnen uitoefenen.
Inzake de vraag van de heer De Ruiter waarom de instruktie voor
mi1ieucontroleur niet eerder ter kennis van de raad îs gebracht,
zegt spreker dat hij daarbij persoonlijk met zo betrokken îs ge-
weest, omdat zich dat voor zijn tijd heeft afgespeeld_Hij begrijpt
dat dit voorde raad een niet al te acceptabel excuus is, maar hij
stelt zich voor dat er in ieder geval bij de taakomschrijving van
de milieucontroleur op gelet wordt dat deze ter kennis van de raad
zal worden gebracht.
De voorzitter zegt dat het bij kennisneming van de rapportage
van de miIieucontroleur duidelijk is dat hij eenvoudig blijft
binnen datgene wat - spreker zou niet zozeer de scheiding willen
maken tussen politionele- en milieubezigheden - nu eenmaal mee-
brengt dat hij waarschuwend, corrigerend eneventueel verbali-
serend of transiserend optreedt op het terrein van het mii,eu.
Ook uit het voorstel van februari 1973 blijkt dat de reguliere ge-
uniformeerde politie volledig de A.P.V. onder zijn taax blijfi. be-
houden. De milieucontroleur heeft de specifieke milieutaken uit de
A P V. en wat dat betreft is er dus een parallel în de huidige în-
struktie en het werkterrein van de geuniformeerde politie. Daar
raken ze elkaar en is het overgeven van gegevens een belangrijk
punt De rapportage van de controleur zal dus een eigen taal spre-
ken en uiteraard zal dan ook in de commissies - namens het college
verklaart spreker dat het geen bezwaren heeft tegen beide commis-
sies - blijken hoe die milieupolitionele taak ligt. Het zou wel
eens kunnen blijken - en met de heer Jager voorziet spreker het
wellicht zelfs al - dat wij over twee verschillende funktionans-
sen spreken. Aan de andere kant is er een nieuwe raad en_een
nieuw college en kan men uiteraard eventueel tot allerlei meuwe
concepties komen.
In antwoord op een desbetreffende vraag van de heer De Ruicerzegt
spreker dat het college er inderdaad van is uitgegaan dat de în-
struktie bekend was en daar is het college de mist ingegaan, want
er was destijds een duidelijke toezegging gedaan. Hij meent dat
er zeer binnenkort - de heer Sprangers zal er geen gras over laten
groeien - voor de commissie aanleiding zal zijn om deze zaken te
bekijken.