19 december 1974
13
de zogertaamde programcolleges gevormd.
Tegen de hieraan ten grondslag liggende opvatting willen wij ons ten
sterkste verzetten. De gemeenteraad is en blijft voor ons het gekozen
bestuur van een gemeente.
Met de vorming van het college van burgemeester en wethouders moet
dan ook zoveel mogelijk rekening worden gehouden met de samenstel1ing
van de raad. Het buitenspelzetten van een gedeelte van de raad^bete-
kent feitelijk een miskenning van de rechten van minderheden. Tenzij
samenwerking onmogelijk zou blijken tussen de betrokken partijen
blijven wij dan ook vasthouden aan de gedachte van een afspiegelings-
col1ege.
Bij de vorming van het thans zittende college hebber. wij deze opvat-
ting in praktijk gebracht en u kunt er op rekenen, dat wij dat ook
in de toekomst zullen blijven doen.
Het houden van algemene beschouwingen heeft echter niet alleen tot
doel zijn politieke credo uit te spreken, evenzeer is het van belang
de in de fractie levende opvattingen over vraagstukken van de prak-
tische gemeentepolitiek naar buiten te brengen.
En het zij mij daarom vergund, mijnheer de voorzitter, acntereen-
volgens een aantal zaken de revue te laten passeren.
Een begroting draagt in de eerste plaats een financieelkarakter,
maar is, omdat de mate van besch.ikbaar zijn van financiële middelen
de realisatie van bepaalde doelstel 1 ingen danig be'învloedt, ook een
beleidsstuk van de eerste orde.
Aan het financiële beleid van de gemeente willen wij de volgende
uitgangspunten ten grondslag leggen.
le. Het verdient de sterkste aanbeveling, dat de begroting geen te-
kort vertoont, al was het alleen maar omdat dan de vrijheid var.
handelen grotendeels verloren gaat.
2e. Een gemeente behoeft geen conjunctuurbeleid te voeren, zodat het
vormen van reserves niet als doelstel1ing van het financieel be-
leid mag worden gekozen.
3e. De gemeente moet de bevolking niet meer lasten opleggen dan voor
het voeren van een gezond beleid strikt noodzakelijk is.
Dat er tevens zorgvuldig met de gemeente-financiëri moet worden omge-
sprongen beschouw ik niet als een aoelstelling maar als een vanzeif-
sprekende zaak. Een open deur intrappen zogezegd.
Als wij de gemeentebegroting vanuit de hiervoorvermelde uitgangs-
punten bestuderen, dan valler. direct enkele zaken ir. het oog.
A11ereerst, dat er van een ruime begroting sprake is. Een verheugend
feit, omdat dit de mogelijkheid inhoudt aan belangrijke projekten te
werken.
Maar dat moet dan ook in concreto gebeuren, want de geraeente-inkomsten
worden niet verworven om een spaarpot aan te leggen.
Een tweede opmerking betreft de wijziging in het beleid betreffende het
bijschrijven van de rente van de reserve bij de reserve.
Hier is uw college duidelijk bezig aan de spaarpot. En waarom eigenlijk.