24
19 december 1974
Als de burger het idee krijgt dat hij, indien hij actief meewerkt aan
de ontwikkeling van ideeën over zijn buurt of wijk, daarvoor alle
mogelijke steun ontvangt van de gemeente, en hij bovendien ervaart dat
die gemeente bereid is te luisteren naar en rekening te houden met zijn
wensen en ideeën, bestaat er zeer zeker de kans dat meer mensen dan tot
nu toe met dit soort zaken bezig gaan zijn. De nu lopende inspraakpro-
cedure rond het Binnenwegplan biedt m.i. ook mogelijkheden. Deze is im-
mers deels vanuit zoveel mogelijk wijksgewijs samengestelde werkgroepen
bezig met het ontwikkelen van ideeën over de gewenste ontwikkeling van
ons centrum. We zullen erg op moeten passen dat we al hetgeen we met
deze procedure hebben losgemaakt niet laten wegebben door het niet zor-
gen voor een goede follow-up. De nu betoonde interesse moet gehonoreerd
worden.
Var.daar ook dat ik niet zo gelukkig ben met de mededeling van uw colle-
ge dat b.v. t.a.v. het bestemmingsplan Merlenhoven(land van Van Schie)
volstaan zal worden met een simpele hoorzitting. Ik geloof dat we
aaarmee een door ons zelf in gang gezette ontwikkeling naar een uit-
gebouwde democratie in gevaar zouden brengen. Ik hoop dan ook dat ook
voor wat betreft dit aspect nog over dat plan gesproken kan worden.
Is dat niet het geval dan hoor ik dat graag.
Wij geloven dat op de hierboven geschetste manier zich geleidelijk een
binnengemeentelijke democratisering zou kunnen ontwikkelen, zonder
dat sprake is van het smoren van eigen initiatief door het onderbren-
gen in rigide structuren. Een te snelle institutionalisering in bij-
voorbeeld wijkraden zou wel eens averechts kunnen werken. In hoeverre
in de toekomst de instelling van wijkraden mogelijk wordt zal bezien
moeten worden aan de hand van de ervaringen met de werkwijze zoals ik
die heb geschetst.
Tot het bevorderen van de wijkgedachte en het betrekken van de burger
bij zijn buurt behoren ook een aantal zaken die het college in de me-
morie van antwoord vooralsnog wat heeft afgehouden. Ik noem bijvoor-
beeld de inrichting van plantsoenen e.d.
We komen daar morgen op terug.
Wel verneem ik graag nu reeds de reactie van het college op de door
mij ontwikkelde algemene gedachtengang.
Naast deze binnengemeentelijke democratisering is er o.i. ook een
bovengemeentelijke democratisering. Ik wil de hele zaak van de ge-
westvorming eens bezien vanuit het bepaald niet onbelangrijke as-
pect van de mate van invloed van de burger op het bestuur.
Velen menen dat gewestvorming een gevaar is voor de democratie.
Niet ontkend kan worden dat er een grond van waarheid in deze stel-
ling zit, indien de gewestvorming zou leiden tot het onnodig ver-
groten van de afstand tussen bestuur en bestuurden. Daarom zal ook
gewaakt moeten worden tegen het onnodig overdragen van taken aan
een hoger niveau. Overheidstaken dienen op het laagst mogelijke
niveau uitgeoefend te worden waarop zij nog adequaat uitgeoefend
kunnen worden.
Een ander aspect bij de gewestvorming is echter juist een vergro-
ting van de invloed van de burger.
Een sprekend voorbeeld om dit duidelijk te maken is voor mij in onze
situatie de kwestie van het al dan niet voortbestaan van het cir-
cuit te Zandvoort.
