4
19 december 1974
Door de constellatie van de huidige raad is het punt: programcollege
of afspiegelingscoi1ege niet tot een heet hangijzer uitgegroeid.
Gelukkig maar, dat in feite de vrääg zich zelfs niet heeft voorgedaan,
want het beeld, dat eerst de formering en nadien het optreden van
programcolleges in andere gemeenten te zien geeft, heeft voor Heemstede
niets aanlokkelijks.
Nogafgezien van het feit, dat de totstandkoming van een college, dat
stringent aan programmatische afspraken is gebonden, het zo ongewenste
bi-pool-karakter aan de raad verieent met alle politieke en vaak ook
persoonlijke animositeit van dien, is het pure machtselement een kwa-
lijk uitgangspunt voor het bereiken van compromissen en het scheppen
van vertrouwen.
Bovendien is het expliciet uitsluiten van stromingen, over wier be-
langen mede wordt beslist, uit de bestuurs- en actiesfeer, iets dat
wrevel en weerstanden oproept en derhalve schade toebrengt aan het
algemeen belang.
Daarnaast kan men zich afvragen wat een dergelijke binding nu werke-
lijk waard is; wanneer me.n programmatisch gebonden meerderheidscoi-
leges hoort kenbaar maken, dat toch zoveel mogelijk rekening zai
worden gehouden met de beiangen van hen, die niet onder het etiket
zijn vastgelijmd.
Het beiangrijkste beginsel van de VVD is de liefde voor de vrijheid,
verdraagzaamheid en menselijke waardigheid.
Om deze elementen tot hun recht te doen komen dient een samenleving
te worden nagestreefd, waarin voor de verschiilende stromingen dat-
gene wat zij voorstaan, op zo redelijk mogelijke wijze kan worden
gerealiseerd.
In de gemeente betekent dit een afspiegelingscollege, hetgeen in
Heemstede ook tot stand is gekomen.
Dit harmonie-modelwaarmede voldaan wordt aan de bestuurlijke
functie van de gemeenteraad en waarmede een efficiënte samenwerking
tussen raad en coilege bevorderd kan worden, en dat op grond van
constructief interfractioneel beraad is gecreëerd, kan de gemeente
slechts tot voordeel strekken.
De VVD fractie Heemstede stelt het op prijs, dat het mogelijk is ge-
bleken enerzijds met het C.D.A., dat op landelijk politîek niveau
momenteel zulke woelingen doormaakt en anderzijds met de progressieve
groepering, waarvan exponenten elders in het iand op grond van
dogmatische overwegingen de polarisatie in de hand hebben gewerkt,
de thans bereikte samenwerkingsvorm te vinden.
Overigens neemt een en ander niet weg, dat onder de huidige configu-
ratie wel degelijk een oppositie in de raad aanwezig is of kan zijn.
Elke fractie volgt het beleid van het college zo critisch mogelijk
en brengt vanzelfsprekend haar bedenkingen ten aanzien van punten,
waarmee zij het oneens is, naar voren. Doch deze opsteliing kan naar
onz.e raening alleen maar als positief en opbouwend worden gekwalifi-
ceerd. Men neeft immers als gezamenlijk doel de bevordering van het
gemeentelijk belang voor ogen.
De in de 3-september raad namens 3 fractievoorzitters ingediende en
met algemene stemmen aangenomen motie om met een beleidsplan te ko-
men voor de huidige zittingsperiode, heeft - dit is evident en
logisch - invloed gehad op de aanbieaingsnota van het college bij de
begroting.