19 december 1974
7
Bij het poneren van dergelijke opmerkingen wordt wel tegengeworpen, dat
men nu eenmaal met een ambteiijk apparaat te maken heeft. Zij geiden
echter in het algemeen en doen natuurlijk niet af aan de waardering van
de door de ambtenaren verrichte werkzaamheden.
Een vergeiijking met het bedrijfsleven in dit opzicht is echter inueres-
sant bij vele ondernemingen kent men een regelmatige doorlichting en
de vraag rijst, waarora iets dergelijks in de gemeentelijke sfeer niet
mogelijk zou zijn.
Met name gezien de verrassende en gunstige ervaringen welke elders zijn
opgedaan, moge ik u namens onze fractie voorsteiien te besluiten een
efficiency-onderzoek m.b.t. het gemeentelijk apparaat te doen instel-
len. k -
Daarnaast zou gedacht kunnen worden aan periodieke traimng en bij-
scholing van het leidinggevend personeel
Een volgende kwestie, weike met de zojuist besprokene deels samenhangt,
doch die in beginsel op zichzelf staat, heeft betrekking op de aan de
raadsieden te verstrekken informatie.
Deze dient zo tijdig mogelijk te geschieden en zo volledig mogelijk te
zijn. Gebeurt dit, dan kunnen bijvoorbeeld commissies zich met meer
vrucht en in betere wisselwerking tussen hen enerzijds en college en
ambtenaren anderzijds, bezighouden met de zich voordoende problemen.
Het gaat er hier toch om samen iets te creëren of te bereiken ten be-
hoeve van het gemeenschappelijk belang en niet om tegenover elkaar te
staan.
Een positieve instelling van alle betrokkenen zal zulks siechts be-
vorderen.
In dit verband breng ik u tevens de wens van mijn fractie over te
bevorderen, dat van de ter ihzage liggende raadsstukken in het ver-
volg een apart stel voor elke fractie voorhanden zal zijn.
Zoals het van groot beiang is, dat de raad uitgebreid wordt geïnfor-_
meerd, zo dienen natuurlijk eveneens de burgers informatie te verkrij-
gen over en betrokken te worden bij kwesties, die hun beiangen recht-
streeks raken.
Wij constateren met voldoening, dat het college voornemens îs na te
gaan, hoe het zich in relatie tot de wijken op zinvolle wijze kan
manifesteren en zien gaarne een uitwerking van deze gedachtengang in
de beleidsnota tegemoet.
Inspraak voor de burgerij dient, waar mogelijk en relevant, gerean-
seerd te worden. Hieraan moet echter naar ons oordeel op adequate
manier leiding worden gegeven, opdat de resultaten metterdaad aan
een goede besluitvorming bijdragen en niet verkeren in een ongeluk-
kig en ongewenst tegendeel van hetgeen wordt beoogd. Bij afwezigheid
van een zodanige begeleiding immers bestaat het grote gevaar, dat
de uitslag van de procedure allerminst representatief is, de motie-
ven onzuiver biijken, en zo meer.
Een groepering, v/iens belangen de VVD o.a. bijzonder ter harte gaat,
is de middenstand. Deze bevindt zich, mede op grond van net thans
gevoerde regeringsbeleid, in een bijzonder moeilijk parket en vei
dient ons aller aandacht en steun. In de Tweede Kamer wordt van
liberale zijde voortdurend voor verbetering van de omstandigheden
van de middenstand gepleit.
