8 19 december 1974 Voor wat betreft de Heemsteedse situatie neem ik bij deze met name de door uw college voorgestane plannen terzake winkelbouw in de Geleerden- wijk onder de loupe. Mijn fractie dringt erop aan, dat deze plannen niet ten uitvoer zullen worden geiegd, daar zij o.i. op verkeerde veronderstellingen en ge- gevens zijn gebaseerd. Het Economisch Instituut voor het midden- en kieinbedrijfdat een onderzoek instelde naar het functioneren van kleine buurtwinkeicentra- en als zodanig is het voorgenomen centrum te verstaan - komt tot de conclusie dat beneden bepaaide grenzen en maatstaven, waaraan in de Geleerdenwijk al niet wordt voldaan, een dergelijk winkeicentrum te weinig aantrekkelijk is om economisch rendabel te kunnen worden ge- exploiteerd. Voorts zijn wij van oordeeldat binnen Heemstede geen mammoetwinkels- te denken valt aan Miro's, Macro's, Maxi's, drive-in-stores e.d. - dienen te verrijzen, die door hun zuigkracht de spoeling voor de winkeliers nog dunner zouden maken. Het onderwerp, waar ik nu aan toe kom, is voor onze fractie van bij- zor.dere betekenis. Het betreft onze bedenkingen tegen enerzijds de tendentie, welke wij menen te bespeuren, om al te gemakkelijk een beroep te doen op door de overheid te verstrekken gelden en ander- zijds op de wijze, waarop deze overheid zelve met de haar ter be- schikking staande gelden soms verstrekkingen meent te moeten doen. Ten aanzien van het ene facet is onze fractie van mening, dat over- heidsgelden dienen te worden aangewend ter stimulering en ondersteu- ning van activiteiten van de burgers, waarbij, voorzover mogelijk, een redelijke relatie moet bestaan tussen de door de overheid ver- strekte bijdrage en de financiële inbreng van de aanvrager, aan wie het subsidie wordt verieend. Daarbij dient de gemeente waarborgen te verlangen voor een doelma- tige taakvervulling en een zorgvuidig financieei beheer; aan de andere kant mag dit natuurlijk niet inhouden dat de gesubsidieerde instel1ingen onnodig in hun vrijheid worden beknot, doch daarvan is in Heemstede geen sprake. Gelet op het feit, dat de nota inzake het subsidiebeleid - overigens een doorwrocht stuk - al van 1960 dateert en zich sindsdien talloze ingrijpende maatschappelijke veranderingen en ontwikkelingen, bene- vens grote kostenstijgingen, hebben voorgedaan, achten wij het zin- V°1dat een nieuwe nota zal worden opgesteid, waarbij er, hoe moeilijk wellicht ook, o.a. naar moet worden gestreefd bepaaide uniforme verdeeisleutels te vinden. Wij zijn het op dit punt derhalve oneens met het collegestandpunt, zoals geformuleerd in de memorie van antwoord en menen dat een her- bezinning op basis van thans geldende uitgangspunten wel degelijk van belang is. Ten aanzien van het andere door mij genoemde facet: tijdens de periode, geaurende welke de hu.idige raad functioneert, is zijdens ons al enkele maien bezwaar gemaakt, althans een vraag- teken geplaatst, tegen, resp. bij hoge bedragen, welke ten behoeve van verschillende projecten door het college werden gevraagd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1974 | | pagina 8