27 maart 1975
59
met daartoe bevoegde organen van provincie en rijk, die daar zeker ook
mee te maken hebbên, nadere studie wordt verricht om te kijken hoe men
die gevolgen voor ons gewest zo gering mogelijk kan houden.
Over de demografie zegt spreker dat inderdaad op pagina 6 en 7 van de
nota is gestëld dat het dalende bevolkingsaantal op zich niet zonder
meer positief of negatief gesteld kan worden, maar er staat nog een
zinnetje in, namelijk: "daling van de bevolking kan onzes inziens r.ooit
gunstig zijn wanneer deze snei en selectief verloopt". Spreker meent
dat dit een konstatering is waar men het all.en mee eens kan zijn en
een feit is dat dit zich op dit moment in dit gewest voordoet. Spreker
vindt het dan volkomen terecht dat daarover op een gegeven moment zorg
wordt uitgesproken en dat gesteld wordt dat men aan dat selectieve wat
zal moeten proberen te doen in dit gewest. Vandaar dan ook dat sprekers
fractie van harte instemt met een poging - en zij vindt het helaas niet
meer nog dan een poging - tot het ontwikkelen van een regionaal huis-
vestingsbeleid, met het vooruitzicht dat er in dit gewest nog maar
weinig woningen gebouwd zullen kunnen worden, tenzij men, en dat hoopt
men dan ook te kunnen gaan onGerzoeken, nog afrondingsmogelijkheden
buiten de huidige kommen krijgt. Dat betekent dat wij niet meer in
verdelingspolitiek kunnen zitten waarbij we een groei van het aantal
woningen hebben. We komen nu in de situatie van de verdeling van de
armoede wat betreft de huisvesting, nog erger dan we misschien ai zit-
ten, en dat betekent naar sprekers oordeei dat er effectievere instru-
menten ten aanzien van het verdeiingsbeleid van huisvestirig in de to-
taie regio gevonden zullen moeten worden. Daarom juicht hij van harte
toe dat het gewest in augustus 1974 heeft gesteid dat men daar roet z'n
allen wat aan zal moeten'doen, en dat men dit niet meer als afzonder-
lijke gemeenten kan, want daarmee snijdt men zich in eigen viees.
Heemstede kan misschien nog veel voor zich zeif doen, maar als Haarlem
op een. bepaalde manier selectief leegloopt, dan is ook Heemstede een
aantal voorzieningen kwijt als het daarmee misgaat, en omgekeerd geldt
dat voor een aantai zaken ook voor Haarlem ais Heemstede een weilicht
te vergrijzende gemeente zou worden.
Dat ailes geeft sprekers fractie aanieiding positief te staan ten op-
zichte van deze nota. Persoonlijk had spreker, toen dit besluit des-
tijds in de Kennemerraad aan de orde was, verder wilien gaan dan de
gewestraad toen heeft aangedurfd. De kwestie van het huisvestingsbe-
leid is naar het oordeel van zijn fractie erg terughoudend behandeld.
Spreker begrijpt de problemen die bij het ontwikkelen van een derge-
lijk gewestelijk huisvestingsbeleid aan de orde komen, maar hij vindt
de zaak waarom het gaat zo belangrijk, dat men zal moeten proberen
over deelbelangen van verschillende gemeenten in dit gewest heen te
stappen.
Inzake de opmerking van de heer Baar over de studie die gevraagd wordt
over de konsekwenties van de dalende bevolking, zegt spreker dat het
wat hem betreft niet noodzakelijk is aan het concept-besluit, zoals
het nu voor ons ligt, een toevoeging te maken, omdat naar zijn mening
met de uitspraak in te stemmen met de aard en strekking van de nota
is ingecalculeerd dat nadrukkelijk in de nota, in de eerste acht hoofd-
stukkén, staat dat er juist studie verrieht moet worden naar met name
de konsekwenties op de verschillende deelterreinen van die demografische