24 april 1975
90
goed vaderlander zijn plicht meent te doen net als de vele duizen-
den ieeftijdsgenoten, haast een minderwaardigheidskomplex krijgen
indien men althans moet geloven welk een enorme lummel men dan fei-
telijk is wanneer men de bevelen van zijn superieuren opvolgt. Vele
jeugdigen onder ons zijn nu eenmaal op bepaalde punten kwetsbaar en
betrekkelijk gemakkelijk te beïnvloeden, zeker als tegen de gevestig-
de orde wordt geschopt. Het is dan ook geenszins verwonderlijk dat
escalaties met de beïnvloeding als genoemd, met uitblijven er, ais
de brokken dan eenmaai gevallen zijn dan is Leiden in last en moet
er geholpen worden. De objektiviteit gebiedt te stelien dat Reiease
dan helpt, maar - en dat merkt spreker op tegen de vorige sprekers
die in dit opzicht van de situatie uitgaan dat Release altijd ne,pc
- als men dan nagaat wâärom men soms moet helpen, dan komt dat omdat
Release zelf de calamiteiten oproept door geschrift en door haar
persoonlijke begeleiding.
Mede bepalend voor het vaststelleo van het minderheidsstandpuntji
is de voor spreker principieel volmaakt onaanvaardbare benadering
welke Release heeft ten opzichte van het abortus-vraagstuk, een
zwaar beladen zaak anno 1975. Doch wanneer men leest dat dit insti-
tuut tot het alleruiterste meent te moeten qaan met de dienaangaan-
de te geven vrijheid aan het individu, dan roept dat zowel voor
sprekers fraktiegenoten als voor hem zelf onoverkomelijke bezwaren op.
Sinds dit agendapunt spreker ter kennis is gekomen, is hij regelmatig
met de zaak bezig geweest en heeft hij over de zaak noq wel eens ge-
filosofeerd en de revue laten passeren. Toen heeft hij voor zichzelf
de vraag gesteld hoe de diskussies zouden verlopen indien de aanvra-
ger van de subsidie nu eens niet Release doch het Leger des Heils zou
zijn qeweest. De laatste is toch ook een instituut met een optimale
sociale drang, waarbij het wrakhout uit de samenleving nimmer tever-
geefs aanklopt. Spreker is ervan overtuigd dat een dergelijke subsi-
die-aanvrage een hamerstuk zou zijn geworden, omdat vrijwel de gehele
samenleving respekt en optimale waardering heeft voor het werk het-
welk door deze mensen wordt verricht en voor de beschaafde, rustige
en niemand kwetsende manier waarop men zich tegenover de samenleving
opstelt. Mogelijk dat uit deze ervaring voor de verantwoordelijke lei-
ders van Reïease nog enige lering valt te trekken.
Hoe dan ook, de raad heeft thans te oordeien over een subsidie-aan-
vraag van een instelling, welke waardering verdient voor haar inzet.
Aangenomen mag worden dat men hierbij zijn doelstel1ingen zoveel moge-
lijk binnen de gevestigde rechtsorde tracht te bereiken tot aan het
moment, dat men een keuze moet gaan doen tussen een optimale realise-
ring van zijn programma en het korrekt nakomen van de wetgeving die
ieder Nederlands staatsburger dient te respekteren. Spreker kan slechts
konstateren dat de keuze van de medewerkers van Release dan op het eer-
ste principe terechtkomt en deze ontwikkeling is voor de minder'neid van
zijn fraktie doorslaggevend bij het vormen van de eindkonklusie, welke
hierop neerkomt, dat voor het verlenen van een overheidssubsidie in het
onderhavige geval geen plaats mag zijn.
Wethouder Van Drooge merkt op dat verschillende sprekers hebben uit-
gesproken moeite te hebben met de beknoptheid van het voorstel. Hij
meent echter, waar de meningen zo zeer verschillen - ook het college is
hierover verdeeld; één lid van het college is bereid medewerking te yer-
lenen aan het toekennen van subsidie - dat het dan niet juist is om in
het voorstel alie meninqen over en weer op te nemen. De meningen zijn
W
i 0 A-CWV
cU hjun. VJHlomvn.