81
ting en de naaste omgeving is op een betrekkelijk ongewone manier
gezocht. Nadere beschouwing zal een verscheidenheid van bebouwings-
randen te zien geven. Zo is de opbouw van de profielen langs de
zijde vande Van Merlenvaart geheel verschillend van de rafeliqe,
naar de Ringvaart gekeerde zijde van het plan, terwijl de overqang
van de premiebouwblokken naar de groene ruimte aan de zuidzijde
weer een ander karakter heeft. Bij de zijde die naar Groenendaal
is gekeerdheeft de nadruk vooral qelegen on de optimale kansen
voor het verweven met het bos (veel in het plan dringende moge-
njkheden voor het planten van bomen).
Met de opmerking betreffende de clusters van premiewoningen, waar-
în onder andere de rijen van 8 huizen aaneen voorkomen, raakt de
reclamant een aspect dat in sterke mate met de vormgeving te maken
heeft. Bij het ontwerpen van het plan is de wisselwerking tussen
de verkaveling van de kruisvormiq geplaatste woningen en de "L"
vormige premieclusters van grote betekenis. De iaatstgenoemde
clusters vormen de steunpunten op de hoeken van het pîan. Deze
functie kan worden vervuld doordat gewerkt is met een contrast.
Dit contrast heeft de ondersteuning nodig van de wat steviger
aandoende rijen van 8 woningen. De 8 woningen aaneen zijn niet be-
handeld als willekeuriqe aantal van 8 gelijke eenheden, maar zo-
damg opgebouwd, dat een nieuwe eenheid uit deze rij van woninnen
wordt gevormd.
De ontmoeting tussen de twee verkavelingsvormen geeft in de meeste
gevallen een gevarieerd beeld van ruimten te zien.
In andere gevallen wordt, bijvoorbeeld langs de Van Merlenvaart
door de langere rijen als het ware het kader gevormd v/aarbinnen
een grote verscheidenheid aan ruimten te vinden is. Ook het feit
dat de woninpen niet aan alle zijden van hellende daken zijn
voorzien, berust op het toepassen van deze contrastwerking.
De tuinzijde wordt daardoor "zachter" gemaakt tegenover de wat
hardere straatzijde. De rand aan de Glipper Dreef is - zoals
reeds eerder is besproken - met opzet het tegendeel van een wand
gemaakt. Ook hier is door het dichterbij komen van de bebouwing
yerder afliggen van andere bebouwing geaccentueerdzodat de
mogelijkheid ontstaat het bos in het plangebied voort te zetten.
Bij de belangenafweging heeft binnen het gestelde doel van het
bebouwen van het terrein met de aangegeven verdeling van gesub-
sidieerde en vrije sector woningen vooral voorop gestaan dat het
betreffende gebied een zodanige plaats tussen Groenendaal en de
Haarlemmermeerpolder -inneemt dat het plan een eiqen identiteit moet
nebben.
ad b. Bedoelde bouwmogelijkheid komt vooral voort uit het feit dat het
een welkome bijdrage aan het leefmilieu van de nieuwe wijk zal
kunnen zijn, indien op het terrein met openbare bestemming een -
eyentueel slechts bescheiden - gemeenschapsruimte zal kunnen ont-
staan. Indien zou blijken dat noch in het kader van onderwijs-
voorzieningen, noch in het kader van andere gemeenschapsvoor-
ziemngen, een dergelijke ruimte in het plan nodig is, dan kan
dit terrein uiteraard ombebouwd blijven. Bebouwing kan alleen qe-
schieden mdien nodig, gewenst en financieel mogelijk.
ad c. Het systeem van de lus, zoals deze in het plan is qedacht, heeft
het volgende voordeel
-9-
4e afd.
28 augustus 1975