28 auguatus-'1975 81 2. Een vrijstelling als bedoeld in lid 1 onder d wordt niet ver- leend dan nadat de Raadscomuiissie voor openbare werken en de Raads- commissie voor de volkshuisvesting, de ruimtelijke ordening en de recreatie zijn gehoord en dan nadat belanghebbenden in de gelegen- heid zijn gesteld daartegen schriftelijke bezwaren in te dienen. 3. Ir.dien door belanghebbenden bezwaren zijn ingediend, kunnen burgemeester en wethouders slechts vrijstelling verlenen na ont- vangst van een schriftelijke verklaring van geen bezwaar van Gedeputeerde Staten. Burgemeester en wethouders brengen de ingekomen bezwaren schrifte- lijk ter kennis van Gedeputeerde Staten. Artikel 3 Overschrijding bestemmingsgrenzen 1. De op de kaart aangegeven bestemmingsgrenzen mogen uitslui- tend worden overschreden door: a. tot gebouwen behorende stoepen, stoeptreden en funderingen; b. bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, standleidingen voor hemelwatergevelversieringen, wanden van ventilatiekanalcn en schoorstenen, indien de overschrijding niet meer dan 12 cm bedraagt; c. gevei- en kozijniijsten en overstekende daken, waarbij de over- schrijding niet meer dan 50 cm bedraagt; d. goten en ondergrondse afvoerleidingen en inrichtingen voor de verzameling van water en rioolstoffen; e. hijsinrichtingen welke de bestemmingsgrens met niet meer dan 1.00 m kunnen overschrijden. 2. Voor zover de grens met de bestemming verkeer wordt over- schreden: a. is het aanbrengen van de in lid 1 onder a en b genoemde bouw- werken of delen van bouwwerken niet toegestaan; b. mogen de in iid 1 onder c genoemde bouwdelen niet lager worden aangebracht dan 4.20 m boven de rijweg of boven een strook ter breedte van 1.50 m langs een rijweg en dan 2.20 m boven een voetpad, voorzover dit voetpad geen deel uitmaakt van de hier- boven bedoelde strook; c. mogen de in lid 1 onder e genoemde constructies niet iager wor- den aangebracht dan 4.20 m boven de gronden met de bestemming verkeer. 3. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen van het bepaalde in lid 1 en lid 2 voor: a. overbouwingen ten dienste van de verbindingen van twee bouw- werken, mits de werken, wat de hoogte boven de gronden met de bestemming verkeer betreft, voldoen aan het bepaalde onder e, sub 1 en 2, van dit 1id; b. toegangen van bouwwerken, die de grens met de bestemming verkeer niet overschrijden; c. stoepen, stoeptreden en funderingen, die de grens met de bestem- ming verkeer overschrijden; d. plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, wanden van ven- ti 1 atiekanalen en schoorstenen, die de bestemmingsgrens met meer dan 12 cm overschrijden, dan wel die de grens met de bestemming verkeer overschrijden; -22- 4e afd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1975 | | pagina 30