108 Artikel 7. Burgemeester en wethouders kunnen op grond van niet-volledige werktijd het saiaris vaststellen op een lager bedrag dan ingevolge de bepalingen van deze verordening voor de ambtenaar zou gelden. Artikel 8. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij meer dan gewone bekwaamheid, geschiktheid en dienstijver extra salaris-anciënniteit toe te kennen. Artikel 9. Met ingang van de eerste dag der maand, waarin hij de 60-jarige leeftijd bereikt, wordt aan de ambtenaar het maximum van het aan zijn functie ver- bonden salaris toegekend. Artikei 10. 1. Aan de ambtenaaraan wie naar het oordeel van burgemeester en wethou- ders zodanige eisen gesteld worden, dat zijn positie of taak een bij- zonder karakter draagt of die naar het oordeel van burgemeester en wethouders bijzondere persoonlijke eigenschappen bezit, welke voor de vervui1ing van zijn betrekking van belang zijn, wordt door hen een vaste of tijdelijke toelage verleend. 2. Voorts wordt een vaste of tijdelijke toeiage toegekend in andere, naar het oordeel van burgemeester en wethouders, bijzondere gevallen. 3. Een vaste of tijdelijke toelage kan worden ingetrokken, indien de redenen, op grond waarvan de toelage is toegekend, niet meer aanwezig zijn. 4. Een vaste of tijdeiijke toelage kan niet meer bedragen dan 20% van het salaris. Artikel 11. 1. Wanneer het salaris van ambtenaren, die de leeftijd van 15 jaren of ouder hebben bereikt, en die werkzaam zijn in een functie met een volledige dagtaak, minder bedraagt dan de in artikel 20 a van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1948 voor hun leef- tijd aangegeven bedragen, wordt hen door burgemeester en wethouders een vaste toelage toegekend, gelijk aan het verschil. 2e afd. 30 oktober 1975

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1975 | | pagina 25